Emballagedefinitie bindend

Om ervoor te zorgen dat gepickte artikelen zijn afgestemd op de emballagevereisten van de order en om de noodzaak van nieuwe etiketten te verminderen, kunt u het selectievakje Emballagedefinitie bindend in de sessie Uitslagorderregels (whinh2120m000) inschakelen.

NB

De default instelling van dit selectievakje wordt opgehaald van het selectievakje Emballagedefinitie bindend in de sessie Artikelen - verkopen-aan relatie (tdisa0510m000) of uit de sessie Logistieke gegevens verkoopcontractregel (tdsls3102m000) als het gerelateerde verkoopafroepschema is gebaseerd op een verkoopcontract.

Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, wordt de gepickte structuur van logistieke eenheden gebruikt voor de zendingsregel.

Indien dit selectievakje is ingeschakeld, en de gepickte structuur van logistieke eenheden niet overeenkomt met de emballagedefinitie van de uitslagorderregel, verpakt LN de gepickte artikelen opnieuw.

Bij het opnieuw verpakken van de artikelen worden gepickte logistieke eenheden die overeenkomen met de emballagedefinitie van de uitslagorderregel opnieuw gebruikt als voor de logistieke eenheid het volgende geldt:

  • Is een logistieke eenheid op het onderste niveau
  • Bevindt zich op een niveau van de logistieke eenheid direct boven:

    • Het overeenkomende onderste niveau
    • Een ander overeenkomend niveau
Voorbeeld 1

De structuur van logistieke eenheden van de gepickte artikelen voor een uitslagorderregel bestaat uit:

  • Een pallet
  • Twee kratten van de soort Krat001
  • Twee dozen van de soort Doos002 voor elke krat

Met de emballagedefinitie van de uitslagorderregel is het volgende opgegeven:

  • Een container
  • Twee kratten van de soort Krat001
  • Twee dozen van de soort Doos002 voor elke krat

De krat- en doosniveaus worden opnieuw gebruikt voor de zendingsregel omdat deze niveaus overeenkomen met de emballagedefinitie en voldoen aan de criteria voor hergebruik.

Voorbeeld 2

De structuur van logistieke eenheden van de gepickte artikelen voor een uitslagorderregel bestaat uit:

  • Een pallet
  • Twee kratten van de soort Krat001
  • Twee dozen van de soort Doos002 voor elke krat

Met de emballagedefinitie van de uitslagorderregel is het volgende opgegeven:

  • Een pallet
  • Twee kratten van de soort Krat022
  • Twee dozen van de soort Doos002 voor elke krat

Het doosniveau wordt opnieuw gebruikt voor de zendingsregel omdat dit het onderste niveau is.

Het overeenkomende palletniveau wordt niet opnieuw gebruikt omdat het palletniveau niet direct boven een ander niveau staat dat opnieuw wordt gebruikt (het kratniveau wordt niet opnieuw gebruikt omdat Krat001 niet overeenkomt met de sjabloon voor de logistieke eenheid van de emballagedefinitie).

NB