Een kalender definiërenHet definiëren van een kalenderstructuur gaat als volgt: Stap 1. De kalendercode definiëren Voordat u een specifieke kalender definieert, moet u eerst (indien van toepassing) de bijbehorende parent-kalender definiëren. Het is raadzaam eerst de kalendercode voor het bedrijf te definiëren. Stap 2. Beschikbaarheidssoorten definiëren Gebruik de sessie Beschikbaarheidssoorten (tcccp0101m000) voor het definiëren van beschikbaarheidssoorten. Het selectievakje Default beschikbaar bepaalt de default instelling voor het veld Beschikbaar in de sessies Kalenderuitzonderingen (tcccp0144m000) en Werkweken (tcccp0105m000). Geef op of voor de beschikbaarheidssoort diensten worden gebruikt. Wanneer diensten worden gebruikt, moet een masker worden gedefinieerd in de sessie Maskers (tcibd4102m000) om daarmee diensten te genereren. Stap 3. Beschikbaarheidssoorten per kalender opgeven U kunt beschikbaarheidssoorten koppelen aan kalendercodes in de sessie Beschikbaarheidssoorten per kalender (tcccp0150m000). Stap 4. Werktijdsoorten definiëren (optioneel) Gebruik de sessie Werktijdsoorten (tcccp0103m000) voor het definiëren van een werktijdensoort. U gebruikt werktijdsoorten voor het opslaan van default waarden voor werktijden, capaciteitspercentages, efficiëntiefactoren en een indicatie of het overuren betreft. Als u een type werktijden wilt gebruiken, moet u het selectievakje Werktijdsoorten gebruiken in de sessie Parameters kalenderbeheer (tcccp0100m000) inschakelen. Stap 5. Niet-beschikbare dagen invoeren U kunt incidentele niet-beschikbare dagen opgeven in de sessie Niet-werkdagen (tcccp0119m000). Dagen waarop niet wordt gewerkt, worden per kalendercode gedefinieerd. Stap 6. De werkweekkalender definiëren Gebruik de sessie Werkweken (tcccp0105m000) voor het definiëren van de werktijden voor elke dag van de week voor de beschikbaarheidssoort. Geef het masker op dat u wilt gebruiken voor het aanmaken van de dienst-ID bij het genereren van diensten. Als u uw definitie van de diensten wilt controleren, kunt u een rapport afdrukken met de dienstgegevens voor de volgende twee weken. Het rapport bevat de volgende gegevens: begin- en eindtijden van elke dienst, het netto aantal uren per dienst, de dienst-ID's (gedefinieerd met het masker) en de manier waarop diensten tijdens en rondom het weekend zijn gedefinieerd. Stap 7. Kalenderuitzonderingen opgeven De volgende soorten kalenderuitzonderingen kunnen worden gedefinieerd:
Wanneer deze dagen eenmaal zijn gedefinieerd voor een kalender, kunnen de dagen worden gebruikt om de werktijden voor de kalender te definiëren. Stap 8. Werktijden en diensten per kalender bijwerken Met de sessie Werktijden kalender bijwerken (tcccp0226m000) of de opdracht Kalender bijwerken in de sessie Werktijden per kalender (tcccp0120m000) kunt u alle kalenderdefinities combineren tot een lijst van werktijden en diensten per kalender. U kunt het gegenereerde resultaat opvragen in de sessies Werktijden per kalender (tcccp0120m000) en Diensten (tcccp0102m000). Gebruik na elke wijziging in de definities Kalender bijwerken. Wijzigingen zijn niet beschikbaar voor gebruik totdat het bijwerken plaatsvindt. Stap 9. Handmatige wijzigingen aanbrengen De volgende wijzigingen kunnen handmatig worden aangebracht in een kalender:
Stap 10. Kalenders toekennen aan resources Via de volgende sessies kunt u de kalenders koppelen aan verschillende resources:
| |||