Bepaling nettovraag, prioriteren van de vraag en toewijzen van hoeveelhedenIn het volgende voorbeeld wordt het volgende uitgelegd:
Voorbeeld 1: Nettovraag bepalen en de resultaten voor de DMS-sessie In de sessie Magazijn - artikel (whwmd2510m000) gelden de volgende instellingen voor artikel X en de magazijnen WH1, WH2 en WH3:
Veronderstellingen
![]() Magazijnen en overboekingen In de vorige afbeelding ziet u drie magazijnen in een cluster en overboekingen voor artikel X. De magazijnen WH1 en WH2 zijn DMS-geleverde magazijnen, terwijl magazijn WH3 dat niet is. In Enterprise Planning worden alle mutaties van de drie magazijnen bij elkaar opgeteld met als resultaat een voorraad van bijvoorbeeld drie stuks (het totaal van de magazijnen). Alle mutaties worden op datum gesorteerd en de geplande voorraad wordt berekend (zie de volgende afbeelding). Overboekingen T1 en T2 worden beide overgeslagen, omdat deze goederen binnen een cluster worden verplaatst. Het nettoresultaat is dus nul. De sessie Orderplanning genereren (cprrp1210m000) moet gepande leveringsorders aanmaken, telkens wanneer de geplande voorraad onder nul of onder de veiligheidsvoorraad komt. Enterprise Planning maakt vijf geplande inkooporders aan. De eerste geplande order op 10/4/2006 is gepland één dag voor de behoeftedatum van verkoopporder S1. De tweede geplande order voor 10 stuks is voldoende voor de verkooporders S2 en S3, enzovoort. Alle geplande orders worden aangemaakt voor het default magazijn van het geplande artikel, in dit geval magazijn WH1. ![]() Geplande leveringsorders genereren DMS wordt getriggerd wanneer de eerste geplande inkooporder wordt vrijgegeven voor Inkoop en als inkooporder P1 wordt ontvangen in Magazijnbeheer.
Wanneer de goederen zijn ontvangen, verloopt de distributie in de DMS-sessie als volgt:
Orders (Verkoop S5 en SFC M1) van magazijn WH3 worden genegeerd, omdat voor dit magazijn het selectievakje DMS-geleverd is uitgeschakeld. TPOP in WH3 heeft echter een magazijnoverboeking gepland van WH1 naar WH3. Deze overboeking T2 wordt als vraag voor WH1 beschouwd. Dit werkt zelfs zo als magazijn WH3 deel van een ander cluster zou zijn. NB DMS kan ook reageren op vragen van buiten het magazijncluster. Overboeking T1 is voor een DMS-geleverd magazijn (in hetzelfde cluster) en wordt daarom genegeerd. Een overboeking van WH1 naar WH2 is een vraagorder voor het verzendende magazijn WH1, maar is in feite een verplaatsing/verschuiving van de vraag van WH2 naar WH1, bijvoorbeeld een verkooporder in WH2. Omdat DMS rekening houdt met de originele vraag (verkooporder) van WH1, moet de vraag van de magazijnoverboeking voor WH2 worden genegeerd. Anders levert DMS twee keer voor dezelfde verkooporder. NB DMS negeert magazijnoverboekingen tussen twee DMS-geleverde magazijnen in hetzelfde cluster. Vraagorders worden nu op prioriteit gesorteerd. De laagste waarde is de hoogste prioriteit. De nettohoeveelheid van de vraagorders wordt vergeleken met de voorraad. NB DMS negeert geplande ontvangsten bij het bepalen van nettohoeveelheden. De nettohoeveelheid wordt als een tekort weergegeven. Voor verkooporder S2 zijn vijf stuks nodig. Er zijn slechts twee stuks op voorraad in magazijn WH1, dus er is een tekort van drie stuks. Voor verkooporder S4 zijn ook artikelen uit de voorraad van magazijn WH2 nodig en hier is er een tekort van negen stuks. NB: de vraagdatum van verkooporder S1 ligt vóór de vraagdatum van S2, maar heeft een lagere prioriteit. Dit betekent dat er voor S1 geen artikelen uit de voorraad worden gehaald. Van de ontvangst van tien stuks worden eerst drie stuks gereserveerd voor verkooporder S2. De resterende zeven stuks worden gereserveerd voor verkooporder S4. NB
![]() Gegenereerde overboekingsorders, crossdocking-orders en uitslagadvies Als het DMS-voorstel wordt geaccepteerd, moeten de drie en zeven stuks naar de juiste locatie worden verzonden. Als u de DMS-run goedkeurt en verwerkt, voert LN de volgende stappen uit: Voor verkooporder S2:
Voor verkooporder S4:
NB Deze tweede crossdocking-order wordt alleen aangemaakt als de order binnen de time fence valt, zoals gedefinieerd in de sessie Magazijn - artikel (whwmd2510m000). Anders worden de goederen als inslag verwerkt (IA3). Als alle procedureactiviteiten zijn ingesteld op Automatische, worden de crossdocking-orders, het uitslagadvies en de overboekingsorders verwerkt. Vijf stuks (3 + 2) gaan naar de uitslaglocatie van WH1 en zeven stuks worden gecrossdockt, overgeboekt en opnieuw gecrossdockt en gaan naar de uitslaglocatie van WH2.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||