Leveringsnota's definiëren

Stap 1. De functionaliteit van leveringsnota's inschakelen

Als u de functionaliteit van leveringsnota's wilt gebruiken, moet u op het tabblad Concepten (Logistiek) van de sessie Geïmplementeerde software-componenten (tccom0100s000) het selectievakje Leveringsnota's inschakelen.

Stap 2. Redenen definiëren

Op het veld Reden van de sessie Redenen (tcmcs0105m000) definieert u twee redenen: één reden met redensoort Leveringscode en één reden met redensoort Transportreden.

De leveringscode geeft de partij aan die moet betalen voor het transport van de goederen die op de leveringsnota staan. U kunt redenen voor leveringscodes definiëren, zoals Klant, Leverancier, Vervoerder, enzovoort. De transportreden is de reden waarom er goederen worden vervoerd, bijvoorbeeld Verkoop, Afval en Reparatie. Daarnaast gebruikt LN de transportreden en de leveringscode om leveringsnota's toe te wijzen aan zendingen en om zendingen tot ladingen te combineren.

Deze redencodes kunnen worden ingevoerd op verkooporderregels, verkoopafroepschema's, serviceorders en reparatieverkooporders. De redencodes worden als default gebruikt op een leveringsnota wanneer de leveringsnota wordt aangemaakt. Als er geen redencodes in deze orders zijn ingevoerd, kunnen de redencodes in magazijnorders en zendingen worden ingevoerd. U kunt default redencodes definiëren voor ordersoorten en magazijnen. Dit wordt in de volgende procedure uitgelegd.

Stap 3. Default redenen voor ordersoorten definiëren

In de sessie Default ordersoorten per herkomst (whinh0120m000) kunt u default leveringscodes en transportredenen definiëren voor magazijnordersoorten die aan bepaalde ordersoorten van herkomstorders zijn gekoppeld. Wat u op deze manier bereikt, is dat een leveringscode of transportreden als default wordt gebruikt op een magazijnorder die voor een bepaalde soort herkomstorder wordt aangemaakt als er geen leveringscode of transportreden op de herkomstorder is ingevoerd. LN geeft vervolgens de leveringscode of transportreden door aan de zending, de lading en de leveringsnota.

Stap 4. Parameters voor leveringsnota's instellen

Stap 5. Gebruikersprofielen instellen

Stap 6. Afdrukken van leveringsnota's toevoegen aan de zendingsprocedure

Als u leveringsnota's wilt afdrukken, stelt u in de sessie Activiteiten per procedure (whinh0106m000) de sessie Leveringsnota's afdrukken (whinh4477m000) in als een activiteit voor de zendingsprocedure waarin leveringsnota's vereist zijn.

Stap 7. Leveringsnota's voor magazijnen inschakelen of uitschakelen

Voor elk magazijn moet u opgeven of er leveringsnota's moeten worden afgedrukt voor artikelen die vanuit het magazijn worden afgegeven.

Deze instellingen overrulen de instellingen van de magazijnprocedure (zie vorige stap). Dit betekent dat als u opgeeft dat er geen leveringsnota's voor een bepaald magazijn hoeven te worden afgedrukt, er geen leveringsnota's worden afgedrukt voor orders waarvoor artikelen in dit magazijn moeten worden afgegeven, zelfs niet als leveringsnota's onderdeel van de magazijnprocedure voor deze orders zijn.

Stap 8. Afdrukken van leveringsnota's aanpassen voor orderactiviteiten

Magazijnprocedure-instellingen waarmee leveringsnota's worden gedefinieerd, kunnen echter worden overruled door leveringsnota-instellingen voor magazijnen die in de vorige stap zijn beschreven.

Stap 9. Afdrukken van leveringsnota's aanpassen voor orderregelactiviteiten

Magazijnprocedure-instellingen waarmee leveringsnota's worden gedefinieerd, kunnen echter worden overruled door leveringsnota-instellingen voor magazijnen die in stap 7 zijn beschreven.