Planning en behoefteplanning gebruiken

Externe planningspakketten (ESP) Project kan ook een extern planningspakket (bijvoorbeeld Microsoft Project) gebruiken om planningsinformatie te bepalen voor activiteiten, begrotingsmijlpalen, organisatiestructuurdelen en baselines. De koppeling Extern planningspakket op het veld Koppeling met extern planningspakket in de sessie Activiteiten (tppss2100m000) moet voor activiteiten zijn ingesteld op Koppeling aanmaken. Voor de standaardkostendrager moet het selectievakje In externe planning gebruiken ingeschakeld zijn. In het externe planningspakket wordt de valuta gebruikt die voor het externe planningspakket in de sessie Parameters projectplanning (tppss0100s000) is vastgelegd. De externe planningspakketten bieden geen ondersteuning voor multi-currency. Als voor het kostentarief van een kostendrager dat in LN is vastgelegd een andere valuta wordt gebruikt dan de valuta van het externe planningspakket, wordt de koers voor de valuta berekend op basis van de soort valutakoers in de projectdefinitie. In de sessie Kalenderparameters (tcccp0100m000) kunt u voor de kalenderlengte in ESP een maximum waarde van 59 intoetsen. De default begintijd geeft aan wanneer de kalenderdag in ESP begint. De tijdseenheid die voor het externe planningspakket is vastgelegd in de sessie Parameters projectplanning (tppss0100s000), wordt bij de integratie gebruikt als eenheid voor begrotingsregels, zoals taken, materieel en onderaanneming.

De sessie Parameters projectplanning (tppss0100s000) gebruikt u om de parameters in te stellen die betrekking hebben op beide gedeelten van de module Behoefteplanning. Deze parameters hebben betrekking op het default project plan en gegevens van het externe planningspakket, waaronder valuta, tijdseenheid en gegevens over codelengte.

Projectplanning biedt functies voor tijdgerelateerde begrotingen, opbrengsten en kosten binnen een project. De mutatie van planningsgegevens, de configuratie van de activiteitenstructuur en het uitvoeren van de financiële analyses worden ook uitgevoerd via de projectplanning.

De sessie Parameters projectplanning (tppss0100s000) omvat de default nummergroepen en -series die worden gebruikt voor magazijnorders en inkooporders. U kunt hier ook selecteren of er default voorraadcontroles moeten worden uitgevoerd op magazijnleveringen.

Met behoefteplanning kunt u tijdens een project geplande orders voor materiaal, materieel en onderaanneming genereren en muteren.

Deze adviezen zijn gebaseerd op de bewakingsopbouw van activiteiten of structuurdelen in Projectplanning (afhankelijk van het projectbeheer voor de begrotingssoort) en de planningsgegevens die zijn opgeslagen op de activiteitenbegrotingsregel van de Behoefteplanning. U kunt geplande inkooporders of geplande magazijnorders aanmaken in de sessie Geplande PRP-orders genereren (tppss6200m000).

LN legt ook de geplande mutaties vast in de sessie Orderregelsaldo (materiaal) (tppss6500m000) en de leveringsmutaties in de sessie Geleverde orderregels (materiaal) (tppss6550m000).

In Projectbehoefteplanning worden ook herplanningsmeldingen gegenereerd. Deze meldingen worden weergegeven wanneer u de begroting of de tijdsplanning en hoeveelheid van een order wijzigt.

U kunt orders genereren aan de hand van een projectbehoefteplanningsrun vanuit de bewakingsopbouw. Deze gegevens zijn gebaseerd op de werkbegroting. U legt de bewakingsopbouw vast in Projectplanning. Als u meerdere projecten selecteert, wordt voor elk project een bewakingsopbouw aangemaakt.