Een artikel dat in elke module van Productie voorkomt. Het is een inkoopartikel, maakartikel of generiek artikel dat wordt gebruikt in een generieke stuklijst / productiestuklijst of in een generieke routing / productierouting.
Bewerking(sstap) - procesvariabelen (tirou1111m000)Deze sessie kunt u gebruiken om een of meer procesvariabelen rechtstreeks aan een bewerking of aan een bewerkingsstap van een micro-routing te koppelen. NB U kunt procesvariabelen definiëren in de sessie Procesvariabelen (tirou0105m000). Procesvariabelen aan een bewerking koppelen Wilt u procesvariabelen rechtstreeks koppelen aan bewerkingen voor instructiedoeleinden, dan selecteert u een record in de sessie Routingbewerkingen (tirou1102m000) en klikt u in het menu Beeld, Referentie en/of Acties op Procesvariabelen. Hiermee start u de sessie Bewerking(sstap) - procesvariabelen (tirou1111m000) waarin u een of meer procesvariabelen aan een bewerking kunt koppelen. Deze procesvariabelen worden met de betreffende bewerking op productieorderodcumenten weergegeven. Procesvariabelen aan een bewerkingsstap koppelen Als u de operators op de werkvloer een controle wilt laten uitvoeren op de procesvariabelen in een bepaalde volgorde voor een bewerking, moet u elke procesvariabele aan een afzonderlijke bewerkingsstap van de bewerking koppelen. Nadat u voor de bewerkingen bewerkingsstappen hebt vastgelegd in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000), kunt u aan elke bewerkingsstap een of meer procesvariabelen koppelen. Selecteer in de sessie Bewerkingsstappen (tirou1105m000) een bewerking voor de combinatie van een artikel, routing en bewerking, en klik vervolgens in het menu Beeld, Referentie en/of Acties op Procesvariabelen om de sessie Bewerking(sstap) - procesvariabelen (tirou1111m000) te starten. Hierin kunt u een of meer procesvariabelen aan een bewerkingsstap koppelen. Voorbeeld Als er tijdens een bewerking een aantal componenten op een andere component moet worden gelijmd, waarbij per component een andere temperatuur wordt gehanteerd, dan verloopt de bewerking het meest efficiënt door elke procesvariabele (in dit geval de temperatuur) aan een afzonderlijke bewerkingsstap te koppelen. Default waarde Als de huidige sessie wordt gestart voor een bewerking met een taakrelatie waaraan procesvariabelen zijn gekoppeld in de sessie Taakrelatie - procesvariabelen (tirou0116m000), verschijnen de default procesvariabelen uit de sessie Taakrelatie - procesvariabelen (tirou0116m000) in de huidige sessie. Zelfs indien in deze sessie procesvariabelen default zijn gekoppeld aan een bewerking, kunt u in deze sessie toch nog procesvariabelen handmatig koppelen aan een bewerkingsstap. Dit betekent dat u procesvariabelen tegelijkertijd kunt koppelen aan een bewerking en aan bewerkingsstappen.
Artikel Een artikel dat in elke module van Productie voorkomt. Het is een inkoopartikel, maakartikel of generiek artikel dat wordt gebruikt in een generieke stuklijst / productiestuklijst of in een generieke routing / productierouting. Routing De volgorde van de bewerkingen die nodig is voor de productie van een artikel. Voor elke bewerking worden de taak, machine en afdeling opgegeven, alsmede de omstel- en cyclustijd. Bewerking Een van een reeks stappen binnen een routing die achtereenvolgens moet worden uitgevoerd om een artikel te produceren. Tijdens een routingbewerking worden de volgende gegevens verzameld:
Met deze gegevens worden orderlooptijden berekend, productieorders gepland en kostprijzen berekend. / Het volgnummer van de bewerking. Dit nummer is gebaseerd op de ingangs- en vervaldatums en wordt gebruikt om onderscheid te maken tussen bewerkingen. De ingangs- en vervaldatums van bewerkingen worden gebruikt in:
Bewerkingsstap Een deelbewerking die aan een routingbewerking is gekoppeld. Aan een bewerkingsstap kan informatie worden gekoppeld, zoals instructies, procesgegevens en gereedschapsgegevens. Procesvariabele Een instelling of invoerwaarde die gerelateerd is aan gegevens (zoals een machine, een gereedschap of een proceskenmerk) die relevant zijn voor het uitvoeren van een bewerking of bewerkingsstap. Bijvoorbeeld knipdiepte, knipsnelheid en temperatuur. Bovengrens De bovengrens van de procesvariabele, die wordt uitgedrukt in een absolute waarde of een percentage. Absoluut Als de bovengrens wordt uitgedrukt in een absolute waarde, geeft u de maximum doelwaarde van de procesvariabele op. Voorbeeld Als de doelwaarde 30 is en u wilt niet dat deze waarde groter wordt dan 33, toetst u op dit veld 33 in. Percentage Als de bovengrens wordt uitgedrukt in een percentage, geeft u op met welk percentage de doelwaarde van de procesvariabele maximaal mag worden overschreden. Voorbeeld Als de doelwaarde 30 is en u wilt niet dat deze waarde groter wordt dan 33, dan toetst u op dit veld 10% in. Ondergrens De ondergrens van de procesvariabele, die wordt uitgedrukt in een absolute waarde of een percentage. Absoluut Als de ondergrens wordt uitgedrukt in een absolute waarde, geeft u op wat de minimum doelwaarde is. Voorbeeld Als de doelwaarde 30 is en u wilt niet dat deze waarde kleiner wordt dan 27, toetst u op dit veld 27 in. Percentage Als de ondergrens wordt uitgedrukt in een percentage, toetst u op dit veld het percentage in waarmee de doelwaarde van de procesvariabele gereduceerd kan worden. Voorbeeld Als de doelwaarde 30 is en u wilt niet dat deze waarde kleiner wordt dan 27, toetst u op dit veld 10% in. Doelwaarde De doelwaarde van de procesvariabele. Afwijking uitgedrukt in De wijze waarop de meetafwijking wordt uitgedrukt. Default waarde Dit veld wordt default gevuld vanuit het veld Afwijking uitgedrukt in in de sessie Procesvariabelen (tirou0105m000). Bovengrens De eenheid waarin de afwijking wordt uitgedrukt. Taak Een activiteit voor de productie of reparatie van een artikel. Bijvoorbeeld zagen, boren of verven. Een taak wordt op een afdeling uitgevoerd en kan gerelateerd zijn aan een machine. Afdeling De default afdeling waar de taak wordt uitgevoerd. Machine De machine waarop de bewerking wordt uitgevoerd.
| |||