Prijssimulator (tdpcg0200m300)

Deze sessie kunt u gebruiken om de simulatie van prijzen en kortingen te starten voor een specifiek artikel en een relatie.

Wanneer u op Berekenen klikt:

  • Worden prijzen en kortingen opgehaald uit Prijsbeheer op basis van de in deze sessie ingevoerde gegevens.
  • Wordt de sessie Prijscalculator (tdpcg0200m100) gestart. In die sessie kunt u de gesimuleerde prijzen en kortingen opvragen of bijwerken.
NB

 

Ordersoort
De soort order (verkoop of inkoop) waarvoor de prijzen en kortingen worden gesimuleerd.
Relatie
NB

U kunt de gegevens voor de relatie ophalen uit de sessie Verkopen-aan relaties (tccom4510m000) of de sessie Kopen-van relaties (tccom4520m000).

Artikel
In LN zijn dit de grondstoffen, halffabrikaten, eindproducten en gereedschappen welke kunnen worden ingekocht, opgeslagen, geproduceerd, verkocht, enz.

Een artikel kan ook voor een set artikelen staan die als één geheel (kit) verwerkt worden, of aanwezig zijn in meerdere productvarianten.

U kunt ook niet-fysieke artikelen definiëren. Dit zijn artikelen die niet aanwezig zijn in de voorraad, maar die gebruikt kunnen worden om kosten te boeken of om diensten te factureren aan klanten. Niet-fysieke artikelen zijn bijvoorbeeld:

  • Kostenartikelen (bijvoorbeeld elektriciteit)
  • Serviceartikelen
  • Onderaannemingsdiensten
  • Lijstartikelen (menu's/opties)
NB

U kunt de gegevens voor het artikel ophalen uit de sessie Artikelen - verkoop (tdisa0501m000) of de sessie Artikelen - inkoop (tdipu0101m000).

Effectivity unit
Een referentienummer, bijvoorbeeld op een verkooporderregel of een projectleverregel, dat wordt gebruikt om verschillen voor een unit-effective artikel te modelleren.
NB

U kunt een andere effectivity unit selecteren als de prijssimulator is gestart vanaf de verkooporderregel en het selectievakje Meerprijzen gebruiken in de sessie Parameters unit-effectivity (tcuef0100s000) ingeschakeld is.

Valuta
Een algemeen geaccepteerd ruilmiddel, zoals munten, bankbiljetten en andere financiële middelen.

De volgende soorten valuta zijn beschikbaar in LN

  • Eigen valuta, die intern door bedrijven wordt gebruikt voor het berekenen van kosten, vastleggen van begrotingen en het registreren van belastingbedragen
  • Mutatievaluta, die wordt gebruikt bij mutaties met relaties, zoals orders en facturen.
Hoeveelheid
De orderhoeveelheid van het artikel.
Eenheid
De eenheid waarin de hoeveelheid wordt uitgedrukt.
NB

Zoom naar de sessie Eenheden (tcmcs0101m000) om de eenheid voor de hoeveelheid op te halen.

Prijsdatum
De datum en tijd op basis waarvan de prijsgegevens worden gesimuleerd.
Magazijn
Het magazijn waaruit (verkoop) of waaraan (inkoop) het artikel moet worden geleverd.
Artikel-/relatiesignaleringscodes weergeven
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, worden, indien van toepassing, signalen weergegeven.

Gerelateerde onderwerpen

Transportkosten opnemen
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kunt u de te factureren transportkosten simuleren.
NB

U kunt dit selectievakje alleen inschakelen als Ordersoort op Algemeen (verkoop) staat.

Transportkosten factureren op basis van
Geef op hoe u het bedrag van de transportfactuur wilt berekenen.
  • Transportkosten
    Het bedrag van de transportfactuur wordt gebaseerd op een transporttarievenboek in Prijsbeheer. Deze kosten worden ook wel "verwachte transportkosten" genoemd.
  • Transporttarieven klant
    Het bedrag van de transportfactuur wordt gebaseerd op een tarievenboek voor een klant in Prijsbeheer. In dit tarievenboek staan de transportservicetarieven voor een specifieke relatie.
Incl. ATP
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, wordt een ATP-controle uitgevoerd als onderdeel van de simulatie.
NB

U kunt dit selectievakje alleen inschakelen als het volgende van toepassing is:

  • Het Artikel is van de soort planartikel.
  • De Ordersoort is Algemeen (verkoop).
ATP
Selecteer het type ATP-controle dat u wilt uitvoeren.
  • Vaste datum
    LN controleert hoeveel kan worden geleverd op de ingevoerde Prijsdatum. Als deze hoeveelheid kleiner is dan de gesimuleerde hoeveelheid, is de ATP-hoeveelheid minder dan de gesimuleerde hoeveelheid in de sessie Prijscalculator (tdpcg0200m100).
  • Vaste hoeveelheid
    LN controleert wanneer de ingevoerde Hoeveelheid kan worden geleverd. Als deze datum later is dan de gesimuleerde prijsdatum, is de ATP-prijsdatum later dan de gesimuleerde prijsdatum in de sessie Prijscalculator (tdpcg0200m100).

Gerelateerde onderwerpen

Verzenden-aan relatie
De relatie waarnaar u de bestelde goederen verzendt. Die is meestal een distributiecentrum of magazijn van de klant. De definitie bevat het default magazijn van waaruit u de goederen wilt verzenden, de vervoerder die zorgt voor het transporteren en de gerelateerde verkopen-aan relatie.
Factureren-aan relatie
De relatie waarnaar u facturen stuurt. Meestal is dit de crediteurenadministratie bij de debiteur. De definitie omvat de default valuta en wisselkoers, de factureermethode en frequentie, informatie over de kredietlimiet van de debiteur, de betalingsvoorwaarden en de wijze van betalen en de gerelateerde betalen-door relatie.
Parent-relatie prijzen
De parent-relatie die wordt gebruikt om een groep leveranciers met dezelfde prijzen of prijsovereenkomsten te classificeren.
Orderherkomst
De bron van de informatie waarop een order is gebaseerd, zoals sessies van LN of door de gebruiker gedefinieerde bronnen, zoals telefoon, e-mail, enzovoort.
Ordersoort
Een code waarmee de aard of de functie van een order en derhalve ook van het bericht, wordt aangeduid.

Voorbeelden:

  • Normale order versus retourorder
  • Factuur versus creditnota

De classificatie die bepaalt welke sessies (in welke volgorde) onderdeel zijn van de orderprocedure. U kunt ook aan de ordersoort een van de volgende categorieën toekennen: kostenorder, verzamelorder, retourorder en uitbestedingsorder.

Ordersoortcodes zijn vereist in de ERP EDI-berichten die gerelateerd zijn aan een enkelvoudige order. Aan enkelvoudige orders gerelateerde EDI-berichten dienen voor de verwerking van:

  • Orders (ANSI X12 850, UN/EDIFACT ORDERS).
  • Orderwijzigingen (ANSI X12 860, UN/EDIFACT ORDCHG).
  • Orderbevestigingen (ANSI X12 855 en 865, UN/EDIFACT ORDRSP).
  • Facturen (ANSI X12 810, UN/EDIFACT INVOIC).
Verkoopbureau
Een bedrijfsonderdeel, duidelijk gedefinieerd in het bedrijfsmodel, voor het beheren van verkooprelaties met zakenrelaties. Het verkoopbureau wordt gebruikt om de locaties te identificeren die verantwoordelijk zijn voor de verkoopactiviteiten van de organisatie.
Prijslijst
Lijst met default prijzen en kortingen voor klanten en leveranciers. U kunt prijslijsten koppelen aan artikelen en artikelgroepen, en aan verkopen-aan en kopen-van relaties.
Betaalwijze
De wijze waarop de betaling (inkoopfactuur) of de incasso (verkoopfactuur) plaatsvindt. De betaalwijze definieert gegevens zoals het maximumbedrag, de soort vervaldatum, of vreemde valuta toegestaan zijn en welke gegevens afgedrukt moeten worden op het verslag.

Deze gegevens zijn defaults die u zonodig kunt wijzigen op de order of factuur.

Leveringscondities
De overeenkomsten met de relatie ten aanzien van de manier waarop de goederen geleverd worden. Relevante informatie wordt op verschillende orderdocumenten afgedrukt.
Productsoort
Door de gebruiker te definiëren artikelgroeperingsgegevens, die gebruikt worden als sorteer- en selectiecriterium. De productsoort is bedoeld voor het classificeren van artikelen met gelijke kenmerken voor productiedoeleinden.
Productlijn
Een groep producten gemaakt door dezelfde producent, die vergelijkbaar zijn maar verschillen in details zoals maat, vorm, kleur, enzovoort. Door de gebruiker te definiëren artikelgroeperingsgegevens die voornamelijk worden gebruikt als een selectiecriterium voor artikelen bij rapportage.
Productklasse
Door de gebruiker te definiëren artikelgroeperingsgegevens voor het onderscheiden van verschillende groepen artikelen binnen een productlijn. De productklassen worden voornamelijk gebruikt als selectiecriterium voor rapportage.
Producent
Een leverancier van eindproducten. Door de gebruiker te definiëren artikelgroeperingsgegevens voor het sorteren en selecteren.
Prijsgroep
Een groep artikelen waarop dezelfde prijsbepalingskenmerken van toepassing zijn.
Artikelgroep
Een groep artikelen met gemeenschappelijke kenmerken. Elk artikel behoort tot een bepaalde artikelgroep. De artikelgroep wordt in combinatie met de artikelsoort gebruikt om artikeldefaults in te stellen.
Verkopen-aan soort
Wordt gebruikt om een groep klanten te classificeren.
Herkomst prijs
Selecteer de herkomst van de verkoopprijs.
Regio
Een regio wordt gebruikt om relaties, klanten, leveranciers en medewerkers te groeperen op basis van hun geografische locatie.
Afzetkanaal relatie
Een verkoop- of distributiekanaal dat gebruikt wordt om goederen aan klantgroepen toe te wijzen.

U kunt afzetkanalen koppelen aan verkopen-aan relaties en aan artikelen. Afzetkanalen kunnen worden gebruikt in verband met vrije voorraad (available-to-promise, ATP).

U kunt een bepaald ATP-volume toekennen aan een afzetkanaal. Dit volume beperkt de vrije voorraad voor dat afzetkanaal tot een maximum.

Verzenden-van relatie
De relatie die de bestelde goederen verzendt naar uw organisatie. Dit is meestal een distributiecentrum of magazijn van de leverancier. De definitie omvat het default magazijn waar u de goederen wilt ontvangen, of u de goederen wilt inspecteren, de vervoerder die zorgt voor het transporteren en de gerelateerde kopen-van relatie.
Factureren-door relatie
De relatie die facturen stuurt naar uw organisatie. Meestal is dit de debiteurenadministratie bij de crediteur. De definitie omvat de default valuta en wisselkoers, de factureermethode en frequentie, informatie over de kredietlimiet van uw organisatie, de betalingsvoorwaarden en de wijze van betalen en de gerelateerde betalen-aan relatie.
Orderherkomst
De bron van de informatie waarop een order is gebaseerd, zoals sessies van LN of door de gebruiker gedefinieerde bronnen, zoals telefoon, e-mail, enzovoort.
Transportklasse
Een classificatie van een artikel in termen van:
  • Productdichtheid (gewicht per m²)
  • Opslag (afmeting, gewicht en vorm)
  • Afhandeling
  • Aansprakelijkheid (artikelwaarde)

De transportklasse is een criterium dat wordt gebruikt om de transportprijs van een artikel te bepalen. Een transportklasse kan in LN ook dienen als criterium voor het bepalen van de planninggroep voor orderregels. Transportklassen worden hoofdzakelijk toegepast in de V.S.

Tariefbasisnummer
Een code in LN waarmee een combinatie van transportklasse, transportmiddelgroep, vervoerssoort en/of planninggroep wordt aangeduid.

Tariefbasisnummers worden in Vracht gebruikt om de transporttarieven te bepalen voor de volgende entiteiten:

  • Zendingen
  • Ladingen
  • Verkooporderregels
  • Verkoopofferteregels

Een tariefbasisnummer wordt toegewezen aan een zending, lading, orderregel of offerteregel als de transportklasse, transportmiddelgroep, vervoerssoort en/of planninggroep van de zending of lading overeenkomen met die van het tariefbasisnummer.

In Prijsbeheer worden transporttarievenboeken gekoppeld aan tariefbasisnummers. Een tariefbasisnummer dat is toegewezen aan een zending, lading, etc., verwijst naar een transporttarievenboek van waaruit transporttarieven kunnen worden opgehaald.

Transportafdeling
Een afdeling die verantwoordelijk is voor de organisatie van het transport voor een of meer magazijnen. Wanneer goederen worden verplaatst van of naar een magazijn, plant de verantwoordelijke transportafdeling het transport van deze goederen of besteedt dit uit. In scenario's voor rechtstreekse levering biedt de transportafdeling onderaannemingsdiensten ten behoeve van planning of transport voor externe leveranciers of klanten.

In Vracht speelt de transportafdeling een sleutelrol bij ladingopbouw en transportorderclustering. Transportorders worden gegroepeerd per transportafdeling. De groepen van transportorders per transportafdeling worden gebruikt door het ladingopbouwmechanisme om ladingen en zendingen op te bouwen, of door het clustermechanisme om transportorderclusters aan te maken.

Betalingscondities
Overeenkomsten met betrekking tot de manier waarop facturen worden betaald.

De betalingscondities omvatten:

  • De periode waarbinnen de facturen moeten worden betaald.
  • De verleende korting als een factuur wordt betaald binnen de aangegeven periode.

De betalingscondities stellen u in staat om het volgende te berekenen:

  • De datum waarop moet worden betaald
  • De datum waarop de kortingsperioden vervallen
  • Het kortingsbedrag