Verkooporders - extra processen

Additionele kosten toevoegen aan een verkooporder

Kostenartikelen worden gebruikt voor het definiëren van kostenbedragen, zoals transportkosten, afhandelingskosten en administratieve kosten. Deze kosten kunnen op een verkooporder worden gezet, zodat de order een nauwkeurige afspiegeling is van de kosten die de klant worden gefactureerd. U kunt verschillende kostenartikelen met additionele kosten toewijzen aan een order door ze te combineren in een kostenset.

Additionele kosten kunnen zijn gebaseerd op orders of zendingen.

  • Gebaseerd op orders
    Additionele kosten worden berekend voor een verkooporder. Nadat de verkooporder is goedgekeurd, worden additionele kosten als extra kosten(artikelen) in een order opgenomen na het laatste vastgelegde artikel.
  • Gebaseerd op zendingen
    Additionele kosten worden berekend voor een verkoopzending. Nadat de zending is goedgekeurd, wordt een kostenorder gegenereerd voor de zending. De kostenorder bevat alle additionele kosten voor één zending.
Verkooporders blokkeren en deblokkeren

Er zijn verschillende redenen waarom een verkooporder of verkooporderregel kan worden geblokkeerd. Een order kan op ieder punt in de verkooporderprocedure om meerdere redenen geblokkeerd worden.

Voor meer informatie, zie Orderblokkering.

Verkoopgegevens wijzigen na vrijgave voor Facturering

In sommige gevallen kunt u verkoopfactuurgegevens bijwerken nadat de verkoopgegevens zijn vrijgegeven voor Facturering.

U kunt, afhankelijk van de status van de factuur, het volgende wijzigen:

Voor meer informatie, zie Verkoopgegevens wijzigen na vrijgave voor Facturering.

Crossdocking-orders aanmaken en leveringen splitsen

Als u een bestaande verkooporder wilt uitvoeren terwijl er geen voorraad beschikbaar is, kunt u inslaggoederen direct van de ontvangstlocatie verplaatsen naar de uitslaglocatie voor afgifte. Om dit proces te starten, moet u een crossdocking-order genereren.

Het opsplitsen van leveringen komt in feite neer op het opsplitsen van orderregels. Als orderregels zijn gegenereerd, kunt u de orderregels opsplitsen in verschillende leveringsregels. Het gevolg is dat meerdere leveringen plaatsvinden voor één orderregel. Als er een crossdocking-order is en er moet een levering worden opgesplitst, kunt u een leveringsregel verder opsplitsen in meerdere leveringen.

Voor meer informatie, zie Crossdocking en het splitsen van leveringen.

Orders voor rechtstreekse leveringen aanmaken

Op een verkooporder of serviceorder kunt u aangeven of u wilt dat de verkochte goederen rechtstreeks worden geleverd. In het geval van een rechtstreekse levering resulteert een verkooporder of serviceorder in een inkooporder. Omdat de kopen-van relatie de goederen rechtstreeks aan de verkopen-aan relatie levert, is Magazijnbeheer hierbij niet betrokken.

Zie de volgende onderwerpen voor meer informatie over het genereren en verwerken van orders met rechtstreekse levering:

Transportorders aanmaken op basis van verkooporders

U kunt het pakket Vrachtbeheer gebruiken om transportbehoeften af te handelen. Tijdens het invoeren van orders kunt u vanuit een verkooporder een transportorder genereren om het juiste transportmiddel te vinden en te selecteren.

Bij de integratie van Vracht en Verkoop gaat het om de volgende onderwerpen:

  • Integratie van Transportorderbeheer en Verkoop

    In Transportorderbeheer bestaan twee soorten planning:

    • Planning van de transportcapaciteit die wordt gebruikt voor capaciteitsplanning op de lange termijn.
    • Transportplanning, dat wil zeggen de daadwerkelijke planning van de verzendingen en ladingen. Om de goederen te kunnen verzenden, moet Transportorderbeheer weten welke zendingen er gedurende een bepaalde periode moeten worden uitgevoerd. Als een transportorder is aangemaakt vanuit Verkoop, kan de voortgang van het verzenden en laden worden uitgewisseld en kan de informatie worden gedeeld door Transportorderbeheer en Verkoop.
  • Integratie van transportfacturering en verkoopfacturering

    Het transporttarief dat u aan de vervoerder moet betalen, wordt "transportkosten" genoemd. U kunt uw relatie factureren voor de transportkosten op basis van het volgende:

    • Transportkosten.
    • Transportkosten (bijwerken toegestaan).
    • Transporttarieven klant.
Productvarianten aanmaken

Als u een configureerbaar artikel opgeeft op de verkooporderregel, kunt u een productvariant configureren of koppelen.

Het artikel is configureerbaar als het selectievakje Configureerbaar is ingeschakeld in de sessie Artikelen - algemeen (tcibd0501m000).

  • Maak artikelen waarvoor de Default leveringsbron in de sessie Artikelen - algemeen (tcibd0501m000) is ingesteld op Assemblage en artikelen van het type Generiek kunnen altijd worden geconfigureerd.
  • Inkoop artikelen waarvoor het selectievakje Inkoopafroepschema in gebruik is ingeschakeld in de sessie Artikelen - algemeen (tcibd0501m000), kunnen configureerbaar zijn.

Voor meer informatie, zie Productvarianten in Verkoop.

Artikelen waarvoor Default leveringsbron is ingesteld op Productie

U moet beslissen of u een Projectbeheer wilt gebruiken bij het produceren van productvarianten of dat u PCF (Productconfiguratie) zonder PCS wilt gebruiken. Een PCS-project wordt gebruikt om het productieproces te plannen, uit te voeren en te controleren. Dat betekent dat de structuur van de productvariant per project wordt gegenereerd. Het voordeel van het gebruik van PCS is dat voorzien wordt in een gedetailleerd kostenoverzicht voor het artikel. Bovendien is pegging mogelijk. In omgevingen waar wordt gewerkt met grote volumes, is een gedetailleerd kostenoverzicht echter vaak overbodig. Bovendien is als gevolg van het gebruik van PCS meer tijd nodig om de projectkosten te berekenen en om de projectstructuur na afloop te verwijderen.

Als u PCS wilt gebruiken voor PCF, moet het bestelbeleid in de sessie Artikel - bestelgegevens (tcibd2100s000) op Op order staan. Als u PCF wilt gebruiken zonder PCS, moet het bestelbeleid op Anoniem staan.

Nadat de productvariant is geconfigureerd in de sessie Productconfigurator (tipcf5120m000), moet u de sessie Structuur van PCS-project voor verkooporders genereren (tdsls4244m000) gebruiken om de projectstructuur en/of productstructuur te genereren voor de productvariant.

Voor meer informatie, zie Productmodel gebruiken in een verkooporder.

Spoedorders aanmaken

Elk bedrijf heeft te maken met verzoeken van klanten waarvoor spoed nodig is. Voor deze verzoeken zijn doorgaans speciale betalings- en leveringscondities nodig. Om te kunnen bepalen of een spoedorder redelijk is of niet en om de relatie over de leverdatum van een order te kunnen informeren, moeten er standaardcondities voor spoedorders worden gedefinieerd voor een bedrijf.

Hiervoor zijn er twee mogelijkheden:

  • De klant vraagt om snelle levering tijdens het invoeren van de order.
  • De klant vraagt of een reeds afgegeven order met spoed kan worden behandeld.

Voor meer informatie, zie Spoedorders.

Vraag-pegging

Als de functionaliteit voor vraagpegging in een bedrijf wordt gebruikt, wordt er voorraad toegekend zodra er verkooporders worden aangemaakt. Bovendien wordt een specificatie aan deze orders gekoppeld.

Voor meer informatie, zie Overzicht vraagpegging.

ATP/CTP afhandelen

De ATP-functionaliteit maakt deel uit van een meer uitgebreide functionaliteit voor ordertoezeggingen, capable-to-promise (CTP) genaamd.

U kunt de ATP/CTP voor planartikelen controleren gedurende de ATP/CTP-horizon, zoals opgegeven in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000). Voordat u een planartikel kunt opgeven in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000), moet u het veld Bestelsysteem op Gepland instellen in de sessie Artikel - bestelgegevens (tcibd2100s000).

Als u de ATP/CTP van een artikel wil controleren bij het invoeren van een verkooporder, gaat u als volgt te werk:

  1. Schakel het selectievakje CTP-controle bij verkooporder in de sessie Planningsparameters (cprpd0100m000) in. Indien dit selectievakje is ingeschakeld, wordt een CTP-controle (capable-to-promise) uitgevoerd wanneer een verkooporder voor een artikel wordt afgesloten. Indien dit selectievakje is uitgeschakeld, LN geen CTP-controle uit, ongeacht de waarden van de CTP-gerelateerde parameters in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000).
  2. Geef aan welke soorten ATP- en CTP-controles moeten worden toegepast en geef de instellingen voor de controles op in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000).

Als de beschikbare voorraad (ATP) en aanvullende kritische componenten en capaciteit (CTP) onvoldoende zijn om de order volledig te leveren, is er een aantal mogelijkheden om het tekort af te handelen. Eén manier om het tekort voor een verkooporder af te handelen, is om een leverschema voor te stellen. U kunt een leverschema opgeven in de sessie Beheer ATP (cprrp4800m000).

U kunt ook de sessie Beheer ATP (cprrp4800m000) gebruiken om offline ATP-/CTP-controles uit te voeren. U kunt bijvoorbeeld meerdere orders in geschreven vorm verzamelen en dan de sessie Beheer ATP (cprrp4800m000) gebruiken om de ATP-/CTP-controles uit te voeren.

Voor meer informatie, zie Soorten ATP- en CTP-controles.

Naleveringen afhandelen

Als slechts een deel of geen van de goederen die worden vermeld op een verkooporder, wordt verzonden, kunnen naleveringen worden aangemaakt.

U kunt naleveringen aanmaken in de volgende modules:

  • Verkoop

    Een nalevering kan als volgt worden aangemaakt:

    • U voert handmatig een ingehouden hoeveelheid in.
    • De inkooporder voor rechtstreekse levering die wordt aangemaakt voor de verkooporder, wordt niet volledig geleverd.
  • Voorraadafhandeling

    De verzendhoeveelheid kan in de module Magazijnorders van Magazijnbeheer op twee punten worden verminderd:

    • Vóór de bevestiging van het uitslagadvies.
    • Vóór de bevestiging van de verzending.

Voor meer informatie, zie Afhandeling van naleveringen voor verkooporders.

Componenten afhandelen

Als u geen hoofdartikelen maar componenten wilt leveren, kunt u in de verkooporderprocedure de manier definiëren waarop componenten worden afgehandeld.

Voor meer informatie, zie Overzicht afhandeling kits in Verkoop.

Termijnorders afhandelen

Het factureren van relaties is een normaal en noodzakelijk deel van zakendoen. De facturering kan op een aantal manieren worden uitgevoerd. Met termijnfacturering kunt u facturen verzenden voor gedeeltelijke bedragen of percentages van het totale nettobedrag voordat of nadat de bestelde goederen feitelijk worden geleverd. U moet een aantal termijnregels aan de verkooporder toevoegen om de termijnen te definiëren. De termijnfacturering maakt het gebruik van betalingsschema's mogelijk. Via betalingsschema's worden percentages van het orderbedrag met tijdsintervallen gefactureerd.

Voor meer informatie, zie Termijnen.

Promoties afhandelen

In Prijsbeheer worden bij Common promoties gedefinieerd voor artikelen en relaties. Met promoties kunnen extra kortingen en/of gratis artikelen (bonusartikelen) worden aangeboden in verkooporders of op verkooporderregels.

LN controleert met behulp van promotiematrices of er een promotie is gedefinieerd voor het artikel en/of de relatie van een verkooporder.

LN zoekt naar geldige promoties in de promotiematrices waarvoor een matrixvolgnummer is gedefinieerd. Hoe de promotiematrices worden opgehaald, is afhankelijk van de parameterinstellingen in de sessie Parameters prijsbeheer (tdpcg0100m000).

Om promoties uit een promotiematrix op te halen, zoekt LN naar promotiematrices met een matrixdefinitie en matrixattributen die overeenkomen met de eigenschappen van de betreffende verkooporder. Alle matrixkenmerken moeten overeenkomen met de eigenschappen van de order. Wanneer een promotiematrix is gevonden, wordt de promotie die is gekoppeld aan de promotiematrix, toegepast op de verkooporder.

NB

Als u een verkooporder of een verkooporderregel invoert, kunt u geschikte en/of toegepaste promoties selecteren in de sessie Koppeling promotiegegevens verkooporder (tdsls4536m000).

Zie Een promotiematrix instellen voor meer informatie over het instellen van promoties.

Retourorders afhandelen

Als goederen van een verkooporder moeten worden geretourneerd, kan een retourorder worden aangemaakt. Een retourorder kan alleen negatieve bedragen bevatten. Het proces voor retourorders bestaat uit een aantal stappen.

Voor meer informatie, zie Retourorders verkoop.

Materiaalprijzen op verkooporders

Als het selectievakje Materiaalprijzen in Verkoop is ingeschakeld in de sessie Parameters materiaalprijzen (tcmpr0100m000), kan LN na het instellen van de basisgegevens voor prijsbeheer van het materiaal, materiaalprijzen ophalen en berekenen voor een verkooporder.

Gekoppelde gegevens van materiaalprijzen kunnen worden opgevraagd in de sessie Prijsinformatie materialen (tcmpr1600m000).

Voor meer informatie, zie Materiaalprijsinformatie - verkooporders.

Projectpegging

Projectpegging in Verkoop omvat het peggen van projectkosten voor verkooporderregels en verkoopofferteregels. Als projectpegging verplicht is voor het artikel op de verkooporderregel of offerteregel, moet een peg worden opgegeven. Dit is een combinatie van een project/budget, projectelement en/of projectactiviteit. Bijvoorbeeld: als de vraag voor een verkooporderregel is gepegd, worden de goederen verkocht en de kosten geboekt voor het project, het element en de activiteit op de verkooporderregel.

Voor meer informatie, zie Projectpegging in Verkoop.

Alternatieve artikelen instellen en gebruiken

Wanneer er van een bepaald artikel niet voldoende voorraad is, kunt u de verkopen-aan relatie een alternatief artikel aanbieden. Om te voorkomen dat een artikel verouderd raakt, kunt u eerst het op voorraad zijnde, originele artikel leveren en vervolgens een alternatief artikel aanbieden als het bestelde artikel niet meer op voorraad is.

Voor meer informatie, zie Alternatieve artikelen.

Consignatievoorraad gebruiken

Als u in de verkooporderprocedure consignatie voorraad wilt gebruiken, kunt u de manier definiëren waarop consignatievoorraad moet worden afgehandeld.

Voor meer informatie, zie Consignatie in Verkoop en Inkoop.

Kopieersjablonen gebruiken

U kunt in LN aangeven of er kopieersjablonen worden gebruikt in het kopieerproces voor verkooporders of verkooporderregels. Met behulp van kopieersjablonen kunt u de manier opgeven waarop order(regel)gegevens worden gekopieerd.

Een kopieersjabloon bevat een standaardset uitzonderingen voor kopiëren met behulp waarvan u het volgende kunt doen:

  • Bestaande orders naar doelorders kopiëren in de sessie Verkooporder kopiëren (tdsls4201s000).
  • Bestaande verkooporderregels naar doelorderregels kopiëren.
  • Verkooporderregels van een origineel document naar doelorderregels kopiëren in het proces voor retourorders.

Voor meer informatie, zie Sjablonen kopiëren.

Door de klant verstrekte materialen gebruiken

U kunt Door klant verstrekte materialen implementeren om klanten of hun leveranciers in staat te stellen de materialen te verstrekken die nodig zijn voor het produceren van een specifiek klantartikel. Het verstrekken van materialen door de klant wordt geïnitieerd vanaf een verkooporderregel, die het artikel met door de klant verstrekte materialen bevat. Aan de verkooporderregel is een vraagpeg voor de vraag van de klant gekoppeld.

Voor meer informatie, zie Door de klant verstrekte materialen in Verkoop en Inkoop.

Prioriteitssimulaties gebruiken

Met behulp van simulaties van orderprioriteiten kunt u de prioriteit bepalen waarmee verkooporders in het magazijn worden afgehandeld. U kunt een prioriteitssimulatie gebruiken om de prioriteit te berekenen waarmee voorraad wordt toegewezen aan orders. Als u de werkelijke prioriteiten voor verkooporders wilt instellen, moet u de resultaten van de simulatie accepteren. U kunt de resultaten wijzigen voordat u ze accepteert.

Voor meer informatie, zie Orderprioriteit (simulaties).