Provisie-overeenkomst (tdcms0635m000)Deze sessie kunt u gebruiken om de provisie-overeenkomsten die worden gebruikt om provisies te berekenen, op te vragen, in te voeren en te muteren.
Staffels overeenkomst: De regels op het tabblad Staffels overeenkomst verwijzen naar de sessie Provisie-overeenkomsten (tdcms0130m000). In die sessie kunt u de staffels voor de overeenkomst opgeven. NB
Verkopen-aan relatie Dit is meestal een inkoopbureau bij de debiteur. De relatie die goederen of diensten bestelt van uw organisatie die de configuraties, die u onderhoudt of waarvoor u een project uitvoert, in eigendom heeft. De afspraak met de verkopen-aan relatie kunnen het volgende omvatten:
Relatie Een korte aanduiding voor handelsrelatie (handelspartner). Relatie is een globale term voor een medewerker of een kopen-van relatie die recht heeft op een provisie en een verkopen-aan relatie die recht heeft op een bonus. Relaties kunnen gegroepeerd worden in relatieteams waaraan vervolgens dezelfde overeenkomststructuren gekoppeld kunnen worden. Relatiesoort Een classificatie die bepaalt of er sprake is van een bonus of provisie en hoe provisies betaald moeten worden. De relatie is een verkopen-aan relatie waaraan een bonus wordt toegekend of een kopen-van relatie (agent) of medewerker (vertegenwoordiger) waaraan provisie wordt uitbetaald. Child-overeenkomst Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is de overeenkomst een child-overeenkomst. U hebt alleen toegang tot dit veld als het veld Relatie is ingevuld en het selectievakje Parent-provisie voor child in de sessie Parameters provisies/bonussen (tdcms0100s000) ingeschakeld is. Overeenkomstgroep Een groep relaties waaraan dezelfde provisie-/bonusovereenkomsten zijn gekoppeld. Project Een opdracht met een speciaal doel dat bereikt moet worden binnen de voorgeschreven tijd- en geldbeperkingen en die toegewezen is voor definitie of uitvoering. Artikel In LN zijn dit de grondstoffen, halffabrikaten, eindproducten en gereedschappen welke kunnen worden ingekocht, opgeslagen, geproduceerd, verkocht, enz. Een artikel kan ook voor een set artikelen staan die als één geheel (kit) verwerkt worden, of aanwezig zijn in meerdere productvarianten. U kunt ook niet-fysieke artikelen definiëren. Dit zijn artikelen die niet aanwezig zijn in de voorraad, maar die gebruikt kunnen worden om kosten te boeken of om diensten te factureren aan klanten. Niet-fysieke artikelen zijn bijvoorbeeld:
Provisiegroep Een set artikelen die zijn gegroepeerd en vervolgens gekoppeld aan een overeenkomst. Ingangsdatum De datum waarop de overeenkomst geldig wordt. Vervaldatum De datum van waaraf de overeenkomst niet langer geldig is. Cumulatieve overeenkomst Indien dit selectievakje is ingeschakeld, is dit een overeenkomst waarmee provisies worden berekend op basis van cumulatieve verkopen. LN legt alle verkopen waarop deze overeenkomst van toepassing is, vast in een afzonderlijk bestand. Aan het eind van de huidige periode kunt u de provisie berekenen op basis van de totale verkopen in de periode met de sessie Provisies/bonussen op cumulatieve verkopen berekenen (tdcms1200m000). Staffel op hoeveelheid/bedrag Dit veld bepaalt wat de basis voor de staffels is. Valuta Een algemeen geaccepteerd ruilmiddel, zoals munten, bankbiljetten en andere financiële middelen. De volgende soorten valuta zijn beschikbaar in LN
NB Als Valuta voor facturering in de sessie Relaties (tdcms0110s000) op Overeenkomst staat, kunt u dit veld gebruiken om de factuurvaluta voor een relatie op te geven. Als de overeenkomst echter van toepassing is op een overeenkomstgroep, kunt u geen factuurvaluta definiëren. In dat geval wordt de referentievaluta gebruikt. Staffeleenheid De eenheid die wordt gebruikt om de staffel vast te stellen. Een staffeleenheid is alleen van toepassing op overeenkomsten die zijn gedefinieerd voor artikelen. NB U moet eerst het veld Artikel invullen en dan Hoeveelheid kiezen op het veld Staffel op hoeveelheid/bedrag, zodat u de staffeleenheid kunt invullen. Staffelcalculatie Dit veld bepaalt wat de basis voor de staffelcalculatie is. Voorbeeld Als een artikel wordt besteld:
Resultaat: Bruto De provisie is 100 * 20 * 1% = 20 Netto De provisie is 100 * 20 * 1% = 20 Het resterende bedrag is 2000 - 20 = 1980 Het uiteindelijke provisiebedrag is 1% * 1980 = 19.80 Vast bedrag over [staffel/eenheid] Dit veld bepaalt hoe de provisies worden berekend als een vast bedrag wordt ingevoerd. Toegestane waarden Provisie over De basis waarover provisies worden berekend.
Voorbeeld Er wordt een order geplaatsts voor EUR 25.000, waarbij de volgende schaal wordt gebruikt:
Als het percentage is gebaseerd op Staffel, geldt het volgende:
Als het percentage is gebaseerd op Totaal, wordt de provisie als volgt berekend: $25,000 * 2% = $500 Provisie opbouwen over De basis waarover opgebouwde provisies worden berekend. Voorbeeld Er wordt een verkooporder geplaatst voor EUR 50.000. De normale provisie is gebaseerd op Totaal. De opgebouwde provisie wordt gebaseerd op Staffel. De volgende schaal wordt gebruikt:
Factureren/reserveren Dit veld bepaalt hoe LN de berekende provisie verrekent. Voor deze functie gelden de volgende beperkingen:
NB
Toegestane waarden Kortingscode Het type kortingscode moet overeenkomen met het type van de overeenkomst ( Provisie of Bonus) en moet geschikt zijn voor gebruik in een overeenkomst.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||