Projectartikelen in Enterprise PlanningIn dit onderwerp wordt beschreven hoe Enterprise Planning projectartikelen plant. Planning van afgeleide versus niet-afgeleide projectartikelen Als het projectsegment van een artikel is gevuld (dat wilt zeggen dat het een klantspecifiek artikel of een STO-artikel betreft), hangt de wijze waarop dat artikel in Enterprise Planning wordt behandeld, af van het feit of het artikel wel of niet van een bepaald standaardartikel is afgeleid. (Bij een afgeleid projectspecifiek artikel is het veld Afgeleid van artikel in de sessie Artikelen - algemeen (tcibd0501m000) gevuld; bij een niet-afgeleid artikel is het veld leeg.) In de hoofdplanning omvat de planning van een standaardartikel alle projectspecifieke artikelen die daarvan zijn afgeleid zoals aangegeven in de sessie Artikelen - algemeen (tcibd0501m000). Dit geldt voor alle hoofdplanningsgegevens (vraag, levering, voorraad en ATP). Voor een afgeleid projectspecifiek artikel kunt u een artikelhoofdplan niet afzonderlijk bijhouden. Voor een niet-afgeleid artikel kunt u een hoofdplan bijhouden. Projectstructuur van afgeleide projectartikelen In de sessie Verkooporders (tdsls4100m000) kunt u rechtstreeks orders invoeren voor op-order artikelen. Wanneer u een verkooporderregel opslaat, kunt u de sessie Structuur van PCS-project voor verkooporders genereren (tdsls4244m000) starten. In deze sessie kunt u de structuur voor op-order artikelen van een project aanpassen. Naast de stuklijst en de routing past LN ook automatisch de toeleveringsrelaties, sourcingstrategieën en toeleveringsstrategieën aan. Met andere woorden, de structuur van het afgeleid-van artikel wordt gebruikt als sjabloon voor het klantspecifieke artikel. Zodra het artikel klantspecifiek is gemaakt, worden ook alle relaties met dit artikel in Enterprise Planning klantspecifiek gemaakt. De wijze van klantspecifiek maken is echter anders wanneer u een projectstructuur aanmaakt voor een projectartikel met een van de volgende sessies:
Wanneer u de hiervoor genoemde sessies doorloopt, zoekt LN naar zowel het magazijn dat gekoppeld is aan het afgeleid-van artikel in de sessie Artikelen - bestelgegevens (tcibd2500m000) als naar het gerelateerde planartikel in de sessie Artikelen - planning (cprpd1100m000). LN maakt dan het algemene artikel en het planartikel klantspecifiek in het cluster waartoe het magazijn behoort, zoals gedefinieerd in de sessie Artikelen - bestelgegevens (tcibd2500m000). Dit betekent dat u de onderliggende toeleveringsrelaties nog klantspecifiek moet maken, zodat LN de planning kan uitvoeren voor het projectartikel. Dit kunt u doen in de sessie Multi-level leveringsstructuur kopiëren (cprpd7200m000). In een orderplanning is een afgeleid projectspecifiek artikel niet opgenomen in de planning van het standaardartikel waarvan het projectspecifieke artikel is afgeleid: beide worden afzonderlijk gepland. beide worden afzonderlijk gepland. Bouwgroepenplanning U kunt bouwgroepen voor projecten definiëren in de module Projectbeheer van Productie. Als u het selectievakje Vaste planningshoev. in de sessie Bouwgroepenplanning (tipcs4120m000) selecteert, kunt u de vereiste hoeveelheid direct invoeren op het veld Planningshoeveelheid. Als u het selectievakje Vaste planningshoev. uitschakelt, bepaalt LN de benodigde hoeveelheid op basis van de stuklijst. LN bepaalt de datum van de behoefte op basis van de netwerkplanning in de module Projectbeheer. Als u een klantspecifiek artikel plant middels een ordergestuurde planning, worden geplande orders gegenereerd op basis van de planningshoeveelheid van de module. Als u orders wilt genereren op basis van de bouwgroepenplanning, moet er een artikelhoofdplan voor het artikel beschikbaar zijn. U mag het hoofdplan niet gebruiken voor hoofdplansimulaties, omdat het alleen wordt gebruikt om de behoeften tijdelijk vast te leggen. Als u vanuit Enterprise Planning geplande orders actualiseert naar het uitvoeringsniveau, zal LN automatisch de planhoeveelheid in de sessie Bouwgroepenplanning (tipcs4120m000) verminderen met de orderhoeveelheid, zodat u de resterende planhoeveelheid kunt plannen tijdens een volgende RRP-calculatie. ATP en CTP voor klantspecifieke artikelen LN ondersteunt ATP- en CTP-controles voor projectartikelen. Daartoe houdt LN rekening met de generieke stuklijst en de generieke routing van het generieke artikel als het projectartikel een afgeleid-van artikel is. Als het projectartikel niet van een generiek artikel is afgeleid, gebruikt LN de standaard stuklijst en de standaard routing van het artikel om CTP-controles uit te voeren. NB Als u ATP- en CTP-controles wilt uitvoeren op generieke artikelen die in PCM-configurator zijn geconfigureerd, moet u een generieke stuklijst en routing genereren in de sessies Planning - generieke stuklijst (cprpd3140m000) en Planning - generieke routing (cprpd3150m000) die in Enterprise Planning worden gebruikt.
| |||