Een sessie aan een job toevoegen

Om een sessie aan een job toe te voegen, gaat u als volgt te werk:

  1. Start de sessie die u aan de job wilt toevoegen en vul de andere velden in.
  2. Klik op Aan job toevoegen. De sessie Sessie aan job toevoegen (ttaad5102s000) wordt gestart.
  3. Voer de jobcode in op het veld Functie.
  4. Toets het volgnummer van de sessie in. Met het volgnummer geeft u aan in welke volgorde de sessies die aan de job worden toegevoegd, worden uitgevoerd.
  5. Als u een sessie wilt uitvoeren, schakelt u het selectievakje Actief in.
  6. Als u wilt dat LN de sessie overslaat tijdens het uitvoeren van de job, schakelt u het selectievakje Actief in. Met deze functie kunt u sessies in- of uitsluiten tijdens het vastleggen van een job.
  7. Als er tijdens het draaien van de job uitvoergegevens worden gegenereerd, moet u een uitvoerapparaat selecteren in de sessie Apparaatgegevens (ttaad3500m000). Als u een apparaat selecteert van het type Toevoegen aan bestand of Bestand herschrijven, moet u een bestandsnaam invoeren.
  8. U kunt ook gebruikmaken van de velden in het vak Foutafhandeling om:

    • Aan te geven hoe LN het jobproces moet voortzetten als er tijdens het uitvoeren van de sessie een fout optreedt.
    • Aan te geven dat LN een aantal sessies van de job moet uitvoeren of overslaan als er tijdens het uitvoeren van de sessie een fout optreedt.
  9. Klik op OK om de sessie aan de job toe te voegen en sluit vervolgens de sessie Sessie aan job toevoegen (ttaad5102s000).
  10. Herhaal deze stappen voor elke sessie die u in de job wilt meenemen.
NB

Als u een shellscript in een job wilt toepassen, opent u de sessie Shell-opdracht aan job toevoegen (ttaad5205m000).