Overzicht filters

Om een specifieke deelverzameling van records in een overzichtssessie op te vragen, kunt u een filter definiëren en die in de sessie toepassen. Een filter bestaat uit een of meer condities waaraan de weergegeven records voldoen. Zo kunt u in de sessie Verkooporders (tdsls4100m000) een filter definiëren waarmee alleen de verkooporders van een specifieke relatie worden weergegeven die na een bepaalde datum en tijd zijn aangemaakt.

Over het algemeen zijn er twee methoden van filteren:

  • Snel filteren

    Hiermee kunt u filtercriteria invoeren die van toepassing zijn op de kolomkoppen van een overzichtssessie.

  • Geavanceerd filteren

    Hiermee kunt u complexe filters definiëren en die voor later gebruik vastleggen. Deze filters kunt u voor eigen gebruik definiëren. Een beheerder kan filters definiëren die op het gehele systeem van toepassing zijn. Elke filter wordt vastgelegd met een naam.

Snel filteren

Klik op de knop [...] om snel filteren in te schakelen. In elke kolomkop verschijnen nieuwe filtervelden.

Om daadwerkelijk gebruik te maken van snel filteren moet een waarde op een filterveld worden ingevoerd.

Als u eerst gekozen hebt voor geavanceerd filteren en vervolgens snel filteren inschakelt en een filtercriterium voor een kolom invoert, gaan de criteria voor het geavanceerd filteren voor diezelfde kolom verloren.

Voor meer informatie, zie Snel filteren.

Geavanceerd filteren

U kunt filteren op records van de velden die:

  • In de hoofdtabel van de sessie zijn vastgelegd.
  • In zowel de overzichtssessie als de detailsessie worden weergegeven.

U kunt een filter aanmaken en opslaan voor later hergebruik. Zo kunt u in de sessie Verkooporders (tdsls4100m000) filters definiëren om de verkooporders van elk van uw relaties op te vragen en vervolgens die filters op te slaan. Als u de sessie Verkooporders (tdsls4100m000) start, kunt u een van de filters selecteren om de verkooporders van een relatie op te vragen.

U kunt een default filter instellen. Als u de sessie start, past LN automatisch de default filter toe.

U kunt aan een filter een sorteervolgorde toevoegen. LN toont de gefilterde records in de opgegeven sorteervolgorde. Als u een filter in de sessie Verkooporders (tdsls4100m000) opgeeft, kunt u de verkooporders sorteren op verkoopbureau.

Een filter is doorgaans alleen beschikbaar voor de gebruiker die de filter heeft aangemaakt. Alleen een supergebruiker kan een filter publiceren dat voor alle gebruikers beschikbaar is. De gepubliceerde filters bevinden zich in het menu Filter, waarbij elke filternaam wordt gevolgd door (algemeen). Normale gebruikers kunnen gepubliceerde filters niet wijzigen.

Als een normale gebruiker een gepubliceerde filter wilt wijzigen met de optie Bewerken in het menu Filter, verschijnt wel het filter, maar zijn alle bewerkopties niet toegankelijk.

NB

Als de records in een sessie worden gefilterd, toont LN de naam van het actieve filter in de titelbalk van de sessie.

Als de knop Filter niet beschikbaar is, kunt u in de sessie geen filter toepassen.