Zendingen opbouwen op basis van zendingsreferentie

Zendingopbouw is het proces dat automatisch zendingen aanmaakt op basis van gepickt uitslagadvies.

De bestaande criteria voor het opbouwen van zendingen zijn:

Verzenden-van soort, verzenden-van code, verzenden-van adres
Verzenden-aan soort, verzenden-aan code, verzenden-aan adres
Gepland voor laadplan (J/N)
Handmatige zending (J/N)
Bedrijfsonderdeel
Bedrijf v. bedrijfsonderdeel
Route
Leveringscondities
Punt van eigendomsoverdracht
Transportreden
Vervoerder
Geplande leverdatum
Leveringspunt
Referentie zending

De zendingsreferentie bepaalt (samen met andere criteria) hoe de afgegeven/bij het magazijn van de leverancier afgehaalde goederen worden gegroepeerd in zendingen. De artikelen op verkoopafroepschemaregels die dezelfde zendingsreferentie hebben, moeten als één zending worden verzonden naar de klant. In de auto-industrie wordt hierbij gesproken van ophaalbonnen. De zendingsreferentie wordt voornamelijk gebruikt voor magazijnorders met als herkomst Verkoopafroepschema. De waarde voor de zendingsreferentie wordt vanuit Verkoop doorgegeven aan Magazijnbeheer via het veld Referentie zending van de sessie Geplande mag.orders verkoopafroepschema (tdsls3520m000).

Op basis van de zendingsreferentie zijn de volgende twee parameters voor het opbouwen van zendingen beschikbaar in de sessie Magazijnordersoorten (whinh0110m000):

Unieke zendingsreferentie per zending
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, maakt LN een unieke zending aan voor elke zendingsreferentie. Het aanmaken van meerdere zendingen voor één zendingsreferentie is in de volgende gevallen niet toegestaan:
- De verzenden-aan relatie van de zendingen is dezelfde.
- De verzenden-aan relatie is verschillend, maar zendingen hebben dezelfde verkopen-aan relatie. Omgekeerd betekent dit dat wanneer de verzenden-aan relaties verschillen en de bijbehorende verkopen-aan relaties ook verschillen, LN toestaat dat één zendingsreferentie wordt gebruikt voor het aanmaken van meerdere zendingen.
Deze parameter heeft de volgende invloed:
- Het criterium Referentie zending heeft voorrang op het criterium voor het opbouwen van zendingen Geplande leverdatum. Wanneer de geplande leverdatum niet hetzelfde is voor alle afroepschemaregels, maar de afroepschemaregels wel dezelfde zendingsreferentie hebben, maakt LN één zending aan die alle afroepschemaregels met die zendingsreferentie bevat.
- LN maakt geen uitslagadvies en zendingsregels aan voor ophaalbonregels met een volledig tekort aan artikelen. Andere regels op dezelfde ophaalbon kunnen worden gepickt en verzonden. De uitslagregel waarvoor het tekort aan artikelen is opgetreden, blijft open en krijgt het ophaalbonnummer van de al verzonden ophaalbon. De verzending van deze resterende uitslagregel kan leiden tot een zending die het al gebruikte ophaalbonnummer heeft. U kunt de afroepschemaregel annuleren of een nieuw ophaalbonnummer opgeven voor de afroepschemaregel.
NB
- Als er al een bevestigde zending bestaat voor dezelfde zendingsreferentie, stopt LN het aanmaken van de zending en wordt een foutmelding weergegeven.
- Het splitsen/samenstellen van zendingen mag niet leiden tot meerdere zendingen per ophaalbonnummer en omgekeerd. Als het samenstellen van een zending leidt tot dubbele ophaalbonnummers, stopt LN het aanmaken van zendingen en wordt een foutmelding weergegeven.
Eén zendingsreferentie per zending
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, kunnen in LN meerdere zendingen worden aangemaakt voor dezelfde waarde van Referentie zending. Deze parameter heeft de volgende invloed:
- Voor twee zendingsregels die dezelfde zendingsreferentie en verschillende geplande leverdatums hebben, maakt LN twee zendingen aan met dezelfde zendingsreferentie.
- Uitslagregels die verschillende zendingsreferenties hebben, worden in verschillende zendingen opgenomen.
- Als andere criteria voor het opbouwen van zendingen het toestaan, worden uitslagregels met dezelfde zendingsreferentie in dezelfde zending opgenomen. Is dat niet het geval, dan worden de uitslagregels in afzonderlijke zendingen opgenomen.

Alle mogelijke scenario's voor zendingsreferenties zijn te vinden in de onderstaande tabel.

Inhoud bestaande zendingskop	Zendingsreferentie uitslagregel	Gerelateerde ordersoort heeft één referentie	Actie
Eén referentie = Nee, Zendingsreferentie = leeg	leeg	nee	Toevoegen aan zending
	leeg	ja	Toevoegen aan zending
	AAA	nee	Toevoegen aan zending
	AAA	ja	Nieuwe zending met één referentie aanmaken
Eén referentie = Nee, Zendingsreferentie = AAA In dit scenario wordt de zendingsreferentie in de zendingskop handmatig ingevuld door de eindgebruiker.	leeg	nee	Toevoegen aan zending
	leeg	ja	Toevoegen aan zending
	AAA	nee	Toevoegen aan zending
	AAA	ja	Toevoegen aan zending als alle zendingsregels referentie "AAA" hebben en er een zending met één referentie van maken, in andere gevallen nieuwe zending met één referentie aanmaken
	BBB	Nee	Toevoegen aan zending
	BBB	Ja	Nieuwe zending met één referentie aanmaken
Eén referentie = Ja, Zendingsreferentie = AAA	leeg	nee	Nieuwe zending aanmaken
	leeg	ja	Nieuwe zending aanmaken
	AAA	nee	Toevoegen aan zending
	AAA	Ja	Toevoegen aan zending
	BBB	Nee	Nieuwe zending aanmaken
	BBB	Ja	Nieuwe zending met één referentie aanmaken
Eén referentie =Ja, Zendingsreferentie = Leeg	Niet van toepassing

Integratie met Vracht

Het veld Referentie zending dat onder meer wordt gebruikt voor het proces voor ophaalbonnen, wordt vanuit de sessie Uitslagorderregels (whinh2120m000) overgezet naar de gerelateerde transportorder als Vracht is geïmplementeerd. In het pakket Vracht moet rekening worden gehouden met deze zendingsreferentie. Als een zendingsreferentie is opgegeven, wordt die in de sessie Plannen genereren (fmlbd0280m000) gebruikt als een criterium voor het opbouwen van zendingen tijdens de procedure voor het opbouwen van ladingen.

Dus als het selectievakje Eén zendingsreferentie per zending ingeschakeld is en de sessie Plannen genereren (fmlbd0280m000) wordt uitgevoerd, moeten meerdere zendingen worden gegenereerd als verschillende zendingsreferenties van toepassing zijn, zelfs als die zendingen moeten worden afgeleverd op dezelfde bestemming en om dezelfde tijd, dat wil zeggen als onderdeel van één lading.

Als het selectievakje Unieke zendingsreferentie per zending ingeschakeld is en de sessie Plannen genereren (fmlbd0280m000) wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld voor een bepaalde periode of een bepaald bereik van transportorders, en dezelfde referentie is gekoppeld aan meerdere transportorderregels (uitslagregels) met verschillende levertijden/-datums, moet LN toch één zending per referentie genereren. Dat betekent dat de het bereik van levertijden/-datums op de orderregels wordt opgerekt, zodat beide regels kunnen worden opgenomen in één en dezelfde zending. Om één zending te maken, moet ook worden voldaan aan andere criteria, indien van toepassing.

Gerelateerde onderwerpen