Seriedragende artikelen instellen

U past de functie voor seriedragende artikelen als volgt aan uw voorkeuren aan:

Stap 1. Seriedragend artikel definiëren

Als u serienummers wilt reserveren voor artikelen, moet u een artikel definiëren als seriedragend artikel. In LN kunt u elke soort artikel definiëren als seriedragend artikel.

Als u echter een artikel als seriedragend artikel wilt definiëren, moet de voorraadeenheid die voor het artikel is gedefinieerd maal de afrondingsfactor van het artikel een geheel getal zijn, zoals 1,0. De reden hiervoor is dat serienummers alleen worden toegewezen aan afzonderlijke artikelen, niet aan delen daarvan. Eenheden en afrondingsfactoren worden gedefinieerd in de sessie Eenheden (tcmcs0101m000).

De volgende opties zijn beschikbaar om artikelen als seriedragend te definiëren:

  • Seriedragend in Service
    Als u een artikel als seriedragend wilt definiëren in Service, selecteert u Seriedragend op het veld Configuratiegestuurd van de sessie Artikelen - Service (tsmdm2100m000). Als u een artikel in Service als seriedragend definieert, is het artikel seriedragend voor alle mutaties in de service- en onderhoudsgoederenstroom. LN voert serienummers echter in voor artikelen die alleen in Service als seriedragend zijn gedefinieerd. Deze serienummers worden zowel ingevoerd in de sessie Seriedragende artikelen (tcibd4501m000) in Common als in de sessie Seriedragende artikelen (tscfg2100m000).
  • Seriedragend in Magazijnbeheer
    Als u seriedragende artikelen wilt gebruiken in Magazijnbeheer, schakelt u in de detailsessie Parameters basisgegevens magazijn (whwmd0500m000) het selectievakje Seriedragende artikelen in gebruik in.
  • Seriedragend in de andere gebieden van LN
    Als u een artikel als seriedragend wilt definiëren voor alle andere gebieden van LN, moet u het selectievakje Seriedragend inschakelen in de sessie Artikel - algemeen (tcibd0101s000).
Stap 2. Masker definiëren

LN genereert serienummers op basis van een masker. Zie Een masker definiëren voor informatie over de manier waarop u maskers voor serienummers kunt definiëren en kunt koppelen aan:

  • Artikelgroepen
  • Artikelen
  • Gereedschappen
  • Partijen

Als LN geen specifiek masker kan vinden, wordt het default masker van het bedrijf gebruikt.

Als het masker een segment Infor LN-veld bevat met de inhoud van een LN-veld, wordt het masker alleen op de juiste wijze gegenereerd als aan de volgende condities wordt voldaan:

  • Het veld behoort tot het pakket waarin het serienummer is gegenereerd.
  • Het veld heeft een waarde.
Stap 3. Een scenario selecteren voor seriedragende artikelen

Als u het laag-volumescenario wilt selecteren, schakelt u het selectievakje Serienummers in voorraad in de sessie Artikel - magazijnbeheer (whwmd4100s000) in. Schakel dit selectievakje uit als het hoog-volumescenario vereist is. Zie Seriedragende artikelen in Magazijnbeheer voor meer informatie over laag- en hoog-volumescenario's.

Als het selectievakje Serienummers in voorraad niet beschikbaar is, moet u het selectievakje Magazijnorderregel direct verwerken uitschakelen in de sessie Artikelen - productie (tiipd0101m000).

Stap 4. Extra tracering selecteren

Als u wilt traceren met welke orders seriedragende artikelen zijn ontvangen of afgegeven, schakelt u het selectievakje Tracking serienummers in de sessie Artikel - magazijnbeheer (whwmd4100s000) in. Deze instelling geldt zowel voor het hoog-volumescenario als voor het laag-volumescenario. Voor het hoog-volumescenario geldt echter dat u ook het selectievakje Serienummer invoeren tijdens ontvangst moet inschakelen als u orders wilt bekijken waarvoor seriedragende artikelen zijn ontvangen.

Stap 5. Opties selecteren voor de registratie van serienummers in het hoog-volumescenario

Met de volgende parameters in de sessie Artikel - magazijnbeheer (whwmd4100s000) kunt u de registratie van serienummers inschakelen voor het hoog-volumescenario:

U moet serienummers altijd registreren voor afgiften uit het magazijn die niet worden bepaald door:

  • Registratiesjablonen voor partijen en serienummers
  • De parameter Serienummerafgifte registreren tijdens as-built
  • De parameter Serienummerafgifte registreren in Service & Maintenance

U geeft bijvoorbeeld goederen vanuit het magazijn af voor verkooporders. U moet serienummers voor dergelijke magazijnafgiften registreren, omdat er geen registratiesjabloon voor serienummers is die bepaalt dat er geen serienummers mogen worden geregistreerd voor magazijnafgiften die zijn gebaseerd op verkooporders. Voor meer informatie, zie Registratiesjablonen voor partijen en serienummers en Registratiesjablonen voor partij- en serienummers definiëren.

Als u Ja hebt geselecteerd voor het veld Serienummerafgifte registreren tijdens as-built en/of het veld Serienummerafgifte registreren in Service & Maintenance, moet u serienummers registreren voor magazijnafgiften met een andere herkomst dan Productie SFC. Zie Overzicht van de instellingen voor registratie van serienummers in het hoog-volumescenario voor een overzicht van wat deze instellingen doen.

Stap 6. Instellingen opgeven in Productie

Zie Seriedragende artikelen in Productie (TI) voor meer informatie over de beschikbare instellingen in Productie.

Artikelen omzetten

U kunt niet-seriedragende artikelen en laag-volume seriedragende artikelen die voldoen aan bepaalde criteria, omzetten in hoog-volume seriedragende artikelen. Het omzetten van een artikel kan van invloed zijn op de partijen- en serienummerssessies die zijn gekoppeld aan de inslagorderregels, ontvangstregels, verzendberichtregels en zendingsregels waarop deze artikelen worden genoemd. Zie Artikelen omzetten in hoog-volume seriedragende artikelen en De invloed van het omzetten van seriedragende artikelen voor meer informatie.

Prestatieaspecten

Het gebruik van seriedragende artikelen en partijgestuurde artikelen leidt tot een toename van de gegevens, wat een negatieve invloed kan hebben op de systeemprestaties. Voor meer informatie, zie Gebruik partijen en serienummers.