Registreren van serienummers bij hoge volumesAls u serienummers registreert, reserveert u serienummers voor seriedragende artikelen. U kunt dit doen voor een bepaalde magazijnmutatie zoals een ontvangst of een afgifte, of tijdens de productie of het onderhoud van het artikel. Als u serienummers wilt reserveren, moet u nieuwe serienummers invoeren of bestaande serienummers aan de artikelen koppelen. Serienummers invoeren in LN U moet serienummers invoeren als er geen serienummers in LN aanwezig zijn, bijvoorbeeld voor artikelen die bij een leverancier zijn ingekocht of voor nieuwe artikelen die u maakt. Als u serienummers registreert door nieuwe nummers in te voeren, worden de nieuwe serienummers opgeslagen in de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000) en in de sessie waarmee u de magazijnmutatie of de artikelproductie hebt ingevoerd. Nieuwe serienummers kunt u genereren of handmatig invoeren. Als u serienummers genereert, wordt het vereiste aantal serienummers gegenereerd op basis van een door de gebruiker gedefinieerd masker. Zie Seriedragende artikelen instellen voor meer informatie. Voert u een serienummer handmatig in, dan wordt geen gebruikgemaakt van het maskerformaat. In de volgende sessies kunt u serienummers genereren: Magazijnbeheer
Als u serienummers wilt genereren, selecteert u Serienummers genereren in het menu Beeld, Referentie en/of Acties van een van de vorige sessies.
Voorbeelden Tijdens de productie van een nieuw artikel moet u het serienummer van het artikel invoeren of genereren, mits het artikel als een seriedragend artikel is gedefinieerd. De serienummers van het nieuwe artikel worden in LN ingevoerd in de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000) en aan de productieorder gekoppeld in de sessie Seriedragend eindproduct - as-built kopregels (timfc0110m000). In welke fase het serienummer moet worden ingevoerd, is afhankelijk van parameterinstellingen in de sessie Parameters Productiebeheer (SFC) (tisfc0100s000). Zie Seriedragende artikelen in Productie (TI) voor meer informatie. In sommige omgevingen, die u in de sessie Artikel - magazijnbeheer (whwmd4100s000) kunt modelleren, moet u serienummers voor inkoopartikelen genereren tijdens de ontvangst ervan in het magazijn. De serienummers worden dan in LN ingevoerd in de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000) en aan de ontvangst gekoppeld in de sessie Partijen en serienummers ontvangstregel (whinh3123m000). In sommige gevallen moet u serienummers voor inkoopartikelen genereren tijdens de uitgifte vanuit het magazijn als de leverancier geen serienummers aan deze artikelen heeft toegekend, of als u tijdens de ontvangst van de artikelen geen serienummers hebt gegenereerd. Hiervan is bijvoorbeeld sprake als u inkoopartikelen aan productie afgeeft die u wilt gebruiken als componenten voor bepaalde eindproducten. Vaak worden serienummers automatisch in LN ingevoerd met behulp van een scanner. Inkoopartikelen die door de leverancier van een serienummer zijn voorzien, worden bijvoorbeeld tijdens de ontvangst in het magazijn gescand. De gescande serienummers worden automatisch ingevoerd in de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000) en aan de ontvangst gekoppeld in de sessie Partijen en serienummers ontvangstregel (whinh3123m000). Meestal wordt in dergelijke gevallen het serienummerformaat van de leverancier gebruikt. Serienummers koppelen Bestaande serienummers moet u bijvoorbeeld koppelen als u seriedragende artikelen afgeeft waarvoor in een eerdere fase van de goederenstroom serienummers zijn gegenereerd, of als u seriedragende eindproducten van de productie ontvangt. Als u serienummers registreert door bestaande serienummers te koppelen, selecteert u de serienummers in de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000) en reserveert u deze voor de ontvangstregel, de zendingsregel, de productieorderregel of de werkorderregel. Voorbeeld van het koppelen van serienummers aan afgegeven seriedragende artikelen Tijdens verschillende ontvangsten zijn serienummers gegenereerd voor 500 inkoopartikelen. In een latere fase worden 20 van deze artikelen aan de productie afgegeven, zodat deze als component voor een bepaald eindproduct kunnen worden gebruikt. Bij de afgifte van deze artikelen voor een bepaalde uitslagorder met de mutatiesoort Afgifte en de herkomst Productie SFC moet u serienummers registreren door 20 van de 500 bestaande serienummers te koppelen. Voorbeeld van het koppelen van serienummers aan ontvangen seriedragende artikelen Tijdens productie zijn serienummers gegenereerd voor 500 eindproducten. LN genereert voor deze artikelen een magazijnorder met de mutatiesoort Ontvangst en de herkomst Productie SFC. Als u de ontvangst van de serienummers van de eindproducten wilt registreren, moet u de serienummers koppelen aan de ontvangstregels van de ontvangstorder. In de volgende sessies kunt u serienummers koppelen aan ontvangstregels of uitslagregels: Magazijnbeheer
Als u serienummers wilt koppelen, selecteert u Serienummer(s) koppelen in het menu Beeld, Referentie en/of Acties van een van de vorige sessies. Hierdoor verschijnt de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000) waarin u de serienummers kunt selecteren die u aan de ontvangstregel, orderregel of zendingsregel wilt koppelen. Als het serienummer dat u in de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000) selecteert, is gekoppeld aan een artikel dat op de zendingsregel wordt weergegeven, verschijnt daarover een melding bij het afsluiten van de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000). In dat geval moet u een ander serienummer selecteren of nieuwe serienummers genereren.
In de bovenstaande sessies kunt u zoomen naar de sessie Artikelen - seriedragende artikelen (tcibd4501m000). In deze sessie kunt u de serienummers selecteren die u wilt koppelen.
| |||