Ordergestuurd/batch instellen en orders genereren

Het toevoersysteem ordergestuurd/batch is in de volgende gevallen van toepassing:

  • De toevoer wordt vanuit assemblage door proces-triggers getriggerd, bijvoorbeeld starten op een lijnsegment, na gereedmelden, enzovoort. Toevoer vindt niet voor elke specifieke order plaats, maar in plaats daarvan worden de orders in een batch opgenomen.
  • U hebt elke dag courante artikelen, bijvoorbeeld meerdere bevoorradingscontainers.
  • Het volume van delen is hoog.
Instellingen

Als u de toevoer naar een productiemagazijn wilt activeren met behulp van het toevoersysteem Ordergestuurd/batch, moet u de volgende basisgegevens definiëren in de sessie Magazijn - artikel (whwmd2110s000):

  • Toevoersysteem: Ordergestuurd/batch.
  • Als de toevoer vanuit een ander magazijn moet plaatsvinden, schakelt u het selectievakje Levering vanaf magazijn in en geeft u het toevoermagazijn op.
  • Als de toevoer moet plaatsvinden via een leverancier of vanuit een afdeling, schakelt u het selectievakje Levering vanaf magazijn uit. Of de toevoer vanuit een afdeling of via een leverancier plaatsvindt, hangt van de artikelsoort af:
    • Als de artikelsoort Inkoop is, moet de toevoer plaatsvinden via een leverancier. U kunt een kopen-van relatie en een verzenden-van relatie opgeven voor de toevoer. Als u geen kopen-van relatie en geen verzenden-van relatie opgeeft, haalt LN de default leverancier van het artikel op uit de sessie Artikelen - kopen-van relaties (tdipu0110m000).
    • Als de artikelsoort Maak is, moet de toevoer vanuit een afdeling plaatsvinden. LN haalt de afdeling op uit de module Productiebeheer (SFC) in Productie.
  • Trigger-station
    Geef het assemblagelijnstation of de afdeling op waarmee de toevoer van de vereiste materialen wordt getriggerd.
NB

U kunt het toevoersysteem Ordergestuurd/enkelvoudig alleen selecteren als het magazijn de soort Normaal of Productie heeft.

Orders genereren

Als u het toevoersysteem Ordergestuurd/batch gebruikt, worden toevoerorders gegenereerd vanuit de assemblagelijn op basis van een trigger. In LN kunt u opgeven dat de toevoer van de goederen die op een bepaald lijnstation zijn vereist, wordt gestart als een specifieke event plaatsvindt op een ander (eerder) lijnstation. In LN zijn een aantal vaste assemblagelijn-events gedefinieerd die kunnen worden gebruikt om toevoerorders te triggeren. U kunt aangeven welke toevoerorders moeten worden getriggerd als een van deze vaste events voor een eerder lijnstation plaatsvindt.

Op basis van de vereisten van verschillende assemblageorders wordt bepaald welke hoeveelheid door een toevoerorder moet worden geleverd. Omdat triggers tijdelijk worden opgeslagen voordat de werkelijke toevoerorders worden gegenereerd, worden alle triggers voor dezelfde artikelen en voor dezelfde magazijnen gecombineerd in één toevoerorder, ongeacht de assemblageorders. Hierdoor is de te leveren hoeveelheid de som van alle goederen die het resultaat zijn van de triggers die worden aangemaakt, voordat een bepaalde toevoerorder wordt aangemaakt. Het bovenstaande houdt tevens in dat de toevoerorders anoniem zijn, wat weer betekent dat het gaat om Ordergestuurd/batch.