Gebruik productiemagazijnen

Een afdeling kan over een eigen magazijn beschikken waar materialen tijdelijk worden opgeslagen voor gebruik tijdens de productie. Een dergelijk magazijn wordt een productiemagazijn genoemd. Er zit geen verschil in de afgifte vanuit een standaard magazijn of vanuit een productiemagazijn.

Als u gebruikmaakt van productiemagazijnen, hanteert u de volgende procedure:

Reservering van materialen

Alle materialen worden gereserveerd in de magazijnen die in de stuklijst zijn vastgelegd. Dit kunt u zien in de sessie VC materialen (ticst0101m000). Als u een productiemagazijn vastlegt voor de afdeling waar de bewerking wordt uitgevoerd, vindt de reservering van het materiaal plaats in het productiemagazijn en niet in het magazijn dat op de stuklijst staat vermeld. Tijdens het genereren of vrijgeven van de order wordt de reservering van het materiaal naar het productiemagazijn verplaatst, afhankelijk van de instelling van de parameter Reservering naar productiemagazijn verplaatsen in de sessie Parameters Productiebeheer (SFC) (tisfc0100s000).

Afgifte van materialen

Als er met de productie wordt begonnen, worden de materialen die nodig zijn voor het uitvoeren van een bewerking op een afdeling waaraan een productiemagazijn is gekoppeld, vanuit dat productiemagazijn afgegeven. U kunt dit proces handmatig uitvoeren of via backflushing, afhankelijk van de parameterinstelling.

Aanvulling van productiemagazijnen

Productiemagazijnen kunnen worden aangevuld vanuit het magazijn dat is opgegeven in de sessie VC materialen (ticst0101m000). Default is dit het magazijn dat voor het materiaal is opgegeven in de sessie Stuklijst (tibom1110m000) (het magazijn van de stuklijst).

De wijze waarop een productiemagazijn wordt aangevuld, hangt af van of u een push- of pull-systeem toepast:

Orders actualiseren

Als het aanvoersysteem van een productiemagazijn Ordergestuurd/enkelvoudig is, worden de overboekingsorders gegenereerd tijdens het vrijgeven van de productieorders. Als materiaal vanuit het centrale magazijn naar het productiemagazijn wordt verzonden, wordt er voor elke materiaalkostenregel een overboekingsorder gegenereerd. Elke overboekingsorder bestaat uit twee delen: een Afgifte regel (uitslag) en een Ontvangst regel (inslag).

Als tijdens de productie wijzigingen optreden in de materiaalbehoefte, worden die wijzigingen verwerkt in de overboekingsorder. Voorbeeld:

  • Als de hoeveelheid materiaal wordt gewijzigd, wordt de hoeveelheid van de overboekingsorder bijgewerkt.
  • Indien extra materiaal nodig is, wordt aan de overboekingsorder een nieuwe materiaalregel toegevoegd.
  • Als een materiaal geheel of gedeeltelijk is geannuleerd, kan de magazijnoverboeking geheel of gedeeltelijk geannuleerd worden. De zending mag dan nog niet hebben plaatsgevonden. Als het material reeds naar de productieorder is verzonden, moet u het materiaal retourneren. In dat geval wordt een overboekingsorder aangemaakt om het materiaal naar het centrale magazijn te retourneren.
  • Als er tijdens het picken een tekort optreedt, wordt de resthoeveelheid als een nieuwe volgregel aan de overboekingsorder toegevoegd. Indien er van een materiaal meer is verzonden dan in het productiemagazijn is ontvangen, wordt ook een nieuwe volgregel toegevoegd.
  • Als een revisie, partij of effectivity-unit van een materiaal is gewijzigd, wordt dit vermeld op de overboekingsorder, zodat de juist revisie, partij of effectivity-unit wordt gepickt.

In de sessie Productiemagazijnorders (timfc0101m000) kunt u zien welke overboekingsorders gerelateerd zijn aan SFC-orders.

U kunt een overboekingsorder handmatig wijzigen door de eigenschappen op de regel Afgifte aan te passen. De overboekingsregel Ontvangst wordt dan automatisch gewijzigd. In de sessie Parameters voorraadafhandeling (whinh0100m000) kunt u gebruikmaken van de velden Uitslaghoeveelheid voor SFC corrigeren t/m en de velden Uitslagdatums voor SFC corrigeren t/m om aan te geven tot wanneer u een overboekingsorder nog kunt wijzigen.