Dimensies (tfgld0510m000)

Deze sessie kunt u gebruiken om de dimensies van een dimensiesoort op te vragen.

Per dimensiesoort kunt u dimensies definiëren en deze aan parent- en child-dimensies koppelen.

Voor elke dimensiesoort kunt u één dimensie definiëren met een lege dimensiecode. Als de dimensiesoort voor een grootboekrekening Optioneel is, boekt LN mutaties waarvoor geen dimensie is opgegeven, naar die dimensie. Op deze manier kunnen verschillen tussen de grootboekhistorie en de dimensiehistorie worden voorkomen.

U moet een structuur voor dimensies definiëren. Een dimensiestructuur bevat telniveaus en parent-/child-relaties die vergelijkbaar zijn met die in een rekeningschema.

Selecteer in het betreffende menu de optie Structuur weergeven om een grafische weergave van de dimensiestructuur op te vragen. Als u een dimensie selecteert, geeft LN de structuur van die dimensie weer. Als u geen dimensie selecteert, geeft LN alle dimensies weer.

Ter ondersteuning van de toewijzing van dimensies in het integratieschema kunt u de codes voor verschillende entiteiten en eigenschappen die zijn gedefinieerd in de module Tabellen van Common, importeren voor het aanmaken van de dimensies. Voor de dimensiesoort Totaalaantal items kunt u bijvoorbeeld de artikelgroepen met de bijbehorende artikelgroepcodes importeren, zodat er net zoveel dimensies worden toegevoegd worden als er artikelgroepen zijn.

Als u bedrijfsonderdelen, enterprise-eenheden of magazijnen importeert, importeert LN alleen de bedrijfsonderdelen, enterprise-eenheden of magazijnen die zijn gekoppeld aan het financiële bedrijf waarin u werkt.

De dimensies importeren uit de module Tabellen:

  1. Geef de dimensiesoort weer waaraan u de dimensies wilt toevoegen.
  2. Selecteer in het betreffende menu de optie Dimensies importeren.

    De sessie Dimensies importeren (tfgld0210m000) wordt weergegeven.

  3. Geef een selectiebereik op en klik op Importeren.

    LN voegt de codes van de geselecteerde entiteit aan de dimensiesoort toe.

Als u reeksen gegenereerde dimensies wilt verwijderen, selecteert u in het menu Bewerken de optie Reeks records verwijderen. Vervolgens selecteert u het eerste en laatste record van de reeks. LN vraagt of u wilt bevestigen dat u de reeks records wilt verwijderen. Dimensies die al in gebruik zijn, kunnen niet worden verwijderd.

 

Dimensiesoort
U kunt een dimensiesoort selecteren die u aan een dimensie wilt koppelen.
Dimensiesoort
De omschrijving van de dimensiesoort.
Dimensie

Voer de code in van de dimensie waarvoor u de gegevens wilt definiëren.

Omschrijving
De omschrijving van de dimensie.
Zoekargument
Met behulp van een zoekargument kunt u snel een element in LN zoeken.
Tekst
Als dit selectievakje is ingeschakeld, is er tekst aanwezig.
Telniveau
Het telniveau van een grootboekrekening.

Toegestane waarden

  • Nadat een mutatie is geboekt, is het niet meer mogelijk het telniveau van bestaande grootboekrekeningen te wijzigen.
  • Parent-grootboekrekeningen met child-rekeningen kunnen niet op telniveau nul worden ingesteld.

Gerelateerde onderwerpen

Parent-dimensie
Met de parent-dimensiecodes kunt u een dimensiestructuur definiëren zodat gegevens van de onderliggende dimensiecodes zo nodig kunnen worden verdicht en opgesplitst.

Toegestane waarden

U kunt alleen dimensies selecteren met een telniveau dat hoger is dan nul. Er mogen geen lussen ontstaan als gevolg van de koppeling tussen een parent-dimensie en een child-dimensie in dezelfde structuur. Er kunnen voor de hoogste dimensie maximaal negen niveaus child-dimensies worden gedefinieerd.

Gerelateerde onderwerpen

Parent-dimensie
De omschrijving van de dimensie.
Dimensiesoort
Verantwoordelijke persoon
De medewerkerscode van de persoon die verantwoordelijk is voor de resultaten in de dimensie.

U kunt het af te drukken verslag sorteren op medewerker.

Verantwoordelijke persoon
De naam van de medewerker.
Afdrukvolgorde
Definieer de volgorde waarin de dimensies in de dimensieoverzichten moeten worden afgedrukt.

Als u op dit veld geen waarde invoert, neemt LN de dimensies in alfabetische volgorde op, waarbij eerst naar nummers en daarna naar letters wordt gekeken.

Voorbeeld

De volgende grootboekrekeningen zijn gedefinieerd:

  • AA100
  • CG001
  • 010HJ
  • 1500
  • 99000
  • AA100
  • CG001

Deze rekeningen worden als volgt op de saldibalans afgedrukt:

  • 0100
  • 010HJ
  • 1500
  • 99000
  • AA100
  • CG001
Status
De blokkeerstatus bepaalt of de dimensiecode wordt geblokkeerd tegen de handmatige en/of automatische invoer van mutaties.

Stel de blokkeerperiode in op de volgende velden:

  • Geldig vanaf
  • Geldig t/m
NB

U kunt alleen dimensies met telniveau nul blokkeren.

Geldig vanaf
De begindatum van de blokkeerstatus.
Geldig t/m
De einddatum van de blokkeerstatus.
Eenheid 1 weergeven
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zijn hoeveelheden van de bijbehorende eenheid die in de grootboekrekening worden ingevoerd, ook op de dimensie van toepassing.
Eenheid 2 weergeven
Indien dit selectievakje is ingeschakeld, zijn hoeveelheden van de bijbehorende eenheid die in de grootboekrekening worden ingevoerd, ook op de dimensie van toepassing.