Geleased activum maken op basis van sjabloon
Nadat u geleasede activa hebt toegevoegd met behulp van de sjabloon, moet u een sjabloon toevoegingen selecteren die overeenkomt met de gegevens voor de geleasede activa die u hebt toegevoegd. U moet weliswaar de artikelgegevens voor het geleasede activum opgeven, maar het maken van een geleased activum op basis van een sjabloon gaat sneller dan het handmatig definiëren van de gegevens van alle geleasede activa. De sjabloon bevat namelijk gegevens voor details en boeken van geleasede activa. U kunt alle gegevens wijzigen.
Voordat u een geleased activum maakt op basis van een sjabloon, moet u de sjabloon activatoevoegingen definiëren die u wilt gebruiken. Zie de Gebruikershandleiding voor Activa-administratie.
- In het menu Leases opent u een leaserecord.
- Klik op Activa.
- Klik op Activa maken op basis van sjabloon.
-
Geef de volgende gegevens op:
- Activasjabloon
- Selecteer de activasjabloon. Verschillende gegevensitems die verband houden met nieuwe activa worden als standaardwaarden gebruikt.
- Bedrijf
- Selecteer de naam van het bedrijf waaraan het activum wordt toegewezen. Als dit veld leeg is, wordt het leasebedrijf als standaard gebruikt voor het activabedrijf.
- Leasebedrijf
- U kunt het leasebedrijf overschrijven.
- Lease
- U kunt de lease voor het activum overschrijven.
- Omschrijving
- Geef de omschrijving voor het activum op.
- Activacategorie
- Geef aan of het activum wordt gecategoriseerd als Afschrijfbaar of Niet afschrijfbaar.
- Tagnummer
- Geef het tagnummer voor het activum op. Deze tag is een ID die aan een activum is toegewezen.
- Activatype/-subtype
- U kunt het activatype en -subtype overschrijven dat standaard door de sjabloon wordt ingevuld. Gebruik Activatypen om een activumtype en subtype op te geven.
- Activagroep
- Selecteer de naam van een activagroep. Als een activagroep niet bestaat, wordt deze gemaakt. U kunt een activagroep opgeven in Activagroepen.
- Activarekeninggroep
- Selecteer een rekeninggroep die een grootboekrekening aangeeft om journaalposten te maken tijdens de verwerking van activa. Gebruik Rekeninggroepen om een rekeninggroep te definiëren.
- Activadimensiegroep
- Selecteer een nieuwe of een andere dimensiegroep voor het activum. Als dit veld leeg is, wordt standaard de groep financiële eenheden uit de sjabloon gebruikt.
- Standaardtransactiedimensies
- Geef de rekeninggegevens voor de transactiedimensie op.
- Afschrijvingskostenproject
- Selecteer een nieuw of een ander project om afschrijvingskosten te traceren. Selecteer een project om de afschrijvingskosten van het type activum te overschrijven.
- Activa-eigenaar
- Selecteer de naam van de persoon die verantwoordelijk is voor het traceren van het activum in werkelijke voorraad.
- Activalocatie
- Selecteer een nieuwe of een andere locatie voor het activum. Dit veld is vereist als u het activum traceert in de werkelijke voorraad. Gebruik Activalocaties om een locatie op te geven.
- Activadivisie
- Selecteer een nieuwe of een andere divisie voor het activum. Gebruik de toepassing Asset Divisions om een divisie op te geven.
- Valuta
- Wanneer u Activa maken op basis van sjabloon selecteert met de knop Activa in Leasetoevoeging en -correcties, wordt de leasevaluta als standaard gebruikt. De activumvaluta en de leasevaluta zijn vergelijkbaar.
- Gesimuleerd
- Schakel dit selectievakje in als het activum is gesimuleerd. Dit veld geeft aan of het activum een gesimuleerde record is of niet.
- Onderhanden werk
- Schakel dit selectievakje in als het activum de status Onderhanden werk heeft. Als dit veld leeg is, wordt de status Onderhanden werk uit de sjabloon als standaard gebruikt.
- Belastingvrijstelling
- Schakel dit selectievakje in als het activum is vrijgesteld van belasting. Als dit veld leeg is, wordt de status Belastingvrijstelling uit de sjabloon als standaard gebruikt.
- Gebruikt
- Schakel dit selectievakje in als het activum wordt gebruikt. Als dit veld leeg is, wordt de waarde die in de sjabloon aan dit veld is toegewezen als standaard gebruikt.
- Opnemen in werkelijke voorraad
- Schakel dit selectievakje in als het activum deel uitmaakt van de werkelijke voorraad. Deze waarde is de standaardwaarde van het type activa en kan worden overschreven nadat het activum is gemaakt.
- Berekeningsoptie
- Als u dit selectievakje inschakelt, wordt de afschrijving voor het huidige jaar, inclusief de afschrijving van een eventuele vorige periode, berekend op basis van de datum ingebruikname. De afschrijving wordt ook doorberekend naar de huidige periode.
-
Geef in de sectie Artikelgegevens de volgende gegevens op:
- Artikelnummer
- Geef ten minste één artikelnummer en een omschrijving op voor het activum.
- Inkoopdatum
- Selecteer de datum waarop het activum is ingekocht. Deze inkoopdatum kan afwijken van de ingebruiknamedatums die worden gebruikt in de afschrijvingsboeken.
- Artikelhoeveelheid
- Geef het aantal eenheden op waaruit het activa-artikel bestaat.
- Kosten
- Geef de kosten per eenheid van het artikel op. Als het veld afschrijfbaar is, is dit veld vereist. Als het veld niet afschrijfbaar is, kunt u de kosten alleen opgeven voor traceringsdoeleinden.
- Belasting
- Geef de betaalde belasting voor het artikel op.
- Modelnummer
- Geef het modelnummer van het artikel op.
- Serienummer
- Geef het serienummer van het artikel op.
- Streepjescode
- Als het artikel deel uitmaakt van de werkelijke voorraad, geeft u de streepjescode van het artikel op.
- Locatiedetails
- Selecteer de locatiedetails van het artikel. U moet de volledige locatiedetails voor het activum opgeven in Locatiedetails.
-
Geef in de sectie Bron de volgende gegevens op:
- Bedrijf
- Selecteer het bedrijf dat is gekoppeld aan het ingekochte activa-artikel.
- Leverancier
- Selecteer de leverancier die is gekoppeld aan het ingekochte activa-artikel.
- Inkooporder
- Selecteer het nummer van de oorspronkelijke inkooporder waarop het activa-artikel is opgenomen.
- Activaproject
- Geef de rekeninggegevens voor het activaproject op.
- Klik op OK.