Verzendadressen voor klanten maken

Selecteer Financiële administratie > Facturering > Instellingen > Verzendadres klant.

Klik op Maken.

Geef de volgende gegevens op:

Bedrijf: Selecteer een bedrijfsnummer.
Klant: Selecteer een klantnummer waarvoor de verzenden-aan locatie wordt vastgesteld, opgevraagd of gewijzigd.
Verzendadres klant: Geef een code op voor het verzenden-aan nummer van de klant.
Naam: Geef een alfanumerieke naam op van 30 tekens die een omschrijving bevat van de verzenden-aan locatie van de klant.

Geef op het tabblad Adres de volgende gegevens op:

Land: Selecteer een verzenden-aan land.
Adres: Geef het verzenden-aan adres op.
Plaats: Geef de verzenden-aan plaats op.
Staat/provincie: Selecteer de verzenden-aan provincie.
Postcode: Geef de verzenden-aan postcode op.
Gemeente/district: Geef de verzenden-aan gemeente of het verzenden-aan district op.
Type: Selecteer een type adres.
Breedtegraad: Geef de breedtegraad van de locatie op.
Lengtegraad: Geef de lengtegraad op van de locatie.
Hoogte: Geef de hoogteligging van de locatie op.
Standaard verzendadres: Schakel dit selectievakje in als het verzenden-aan nummer automatisch een standaard verzenden-aan adres is wanneer een order wordt geplaatst op basis van het factureren-aan nummer.
Type belastingregistratie: Selecteer Geregistreerd of Niet geregistreerd.
Btw-registratienummer: Geef het btw-registratienummer op voor de locatie.

Geef op het tabblad Opties de volgende gegevens op:

Codes betalingscondities: Selecteer een betalingsconditiecode voor het verzenden-aan nummer van de klant. Met betalingsconditiecodes wordt de vervaldatum bepaald van de facturen die voor orders voor dit verzenden-aan adres worden gegenereerd.
Betalingscondities nota: Selecteer de betalingsconditiecode die u wilt gebruiken op een creditnota waarop dit verzenden-aan adres wordt gebruikt.
Prijslijst: Geef de naam op van de prijslijst op basis waarvan artikelen worden geprijsd die voor dit verzenden-aan adres van de klant worden besteld.
Belastingvrijstelling: Selecteer Vrijgesteld als een geplaatste klantorder voor de verzenden-aan locatie is vrijgesteld, ongeacht de belastbaarheidsstatus van het bestelde artikel. Selecteer Belastbaar als het bestelde artikel wordt belast.
Belastingcode: Geef een code op die staat voor de belastingautoriteiten waaraan het verzenden-aan adres de verkoopbelasting betaalt. Als u een belastingtoepassing van een derde gebruikt, geeft u de geografische code op.

Geef in de sectie Verkoopgegevens de volgende gegevens op:

Gebied: Selecteer een verkoopgebied waarin de verzenden-aan locatie van de klant zich bevindt.
Verkoper: Selecteer een primaire verkoper.
Verkoper 2: Selecteer een secundaire verkoper.
Provisiesplitsingspercentage: Geef het percentage op van de totale orderwaarde. Op basis hiervan wordt de provisie van de tweede verkoper berekend.

Geef in de sectie Verwerking de volgende gegevens op:

Transportcode: Selecteer een transportcode. Met transportcodes wordt aangegeven of vrachtkosten worden beoordeeld voor bestellingen die via deze verzenden-aan locatie worden geplaatst.
Vervoerder: Selecteer een leveranciersnummer voor de vervoerder.
Nalevering toestaan: Schakel dit selectievakje in als naleveringen kunnen worden geplaatst voor de verzenden-aan locatie. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, kunt u verdere instellingen voor het beheer van naleveringen tijdens de orderverwerking opgeven via Bedrijf.
Verzending voltooid: Schakel dit selectievakje in als orders voor het verzenden-aan adres alleen kunnen worden verzonden als de gehele order is vervuld. Als deze optie is geselecteerd, kunnen de orders alleen worden verzonden wanneer alle orderregels samen kunnen worden verzonden.
Extra kosten (prijswijziging): Schakel dit selectievakje in als orders voor het verzenden-aan adres extra kosten (prijswijziging) kunnen bevatten.
Pickprioriteit: Geef een pickprioriteit op voor het verzenden-aan adres. Deze prioriteit wordt gebruikt bij de toekenning van voorraad aan vraag.
Standaardlocatie: Selecteer de verzendingslocatie die als standaard wordt gebruikt voor de verzenden-aan locatie.
Standaardmethode: Selecteer een standaardmethode voor het verzenden van orders als deze worden geplaatst voor het verzenden-aan adres van de klant. De methode wordt afgedrukt op facturen wanneer u Afdrukken factuur en register uitvoert.
Verzendadres EDI: Geef een code voor het verzenden-aan adres op voor EDI-transacties.
Verzendvoorwaarde: Selecteer een voorwaarde waar de verantwoordelijkheid voor goederen tussen partijen wordt overgedragen.
Havencode: Selecteer een Intrastat-havencode waarmee de standaardzeehaven wordt bepaald voor de verplaatsing van goederen naar het klant- of verzenden-aan adres.
Leverancier: Selecteer de identificatiecode van een leverancier.
Inkopen-van locatie: Selecteer een inkopen-van locatie van de leverancier.

Geef in de sectie Bewijs van levering de volgende gegevens op:

Vereist: Schakel dit selectievakje in als voor het verzenden-aan adres van de klant een bewijs van levering vereist is.
Respijtperiode voor bewijs van levering: Geef het aantal dagen op waarna verzendingen met een bewijs van levering automatisch worden gefactureerd, zelfs als het bewijs van levering niet is geretourneerd.

Klik op Opslaan.