Instellingen inkoopvereisten

Voordat u Inkoop gaat instellen, moet u een aantal instellingen configureren in andere oplossingen.

Deze oplossingen koppelen regelmatig met Inkoop en oefenen er invloed op uit.

Zie de Handleiding installatie en beheer voor Financials voor configuratie-instructies.

  • Valuta

    Definieer valuta's en wisselkoersen

  • Grootboek

    Definieer uw organisatiestructuur en rekeningdimensies.

  • Kasbeheer

    Definieer uw banken en bankrekeningen, betalingstypen en -opmaak.

  • Betalingscondities

    Definieer voorwaardencodes.

  • Crediteuren

    Definieer uw leveranciersgroepen, crediteurenbedrijven, blokkeringscodes en leveranciers.

  • Voorraadbeheer

    Definieer artikelgroepen, opmerkingen, voorraadbedrijven en -locaties, inkoopklassen en rekeninggroepen voor voorraadlocaties.

  • Toekennen

    Definieer toekenningsbedrijven, toerekeningsrekeningen, afschrijving ontvangsten, leveranciersretouren.

  • Belasting

    Definieer uw belastingcodes.

Inkoop is nauw gekoppeld met Voorraadbeheer en Crediteuren. Inkoop ontvangt bijvoorbeeld leveranciersgegevens van Crediteuren en artikel- en bestelgegevens van Voorraadbeheer.

Vanwege deze koppeling heeft een verandering van de instelopties in Voorraadbeheer en Crediteuren ook invloed op Inkoop. Zo kan het wijzigen van de eenheid van een artikel terwijl in bestaande transacties de oude eenheid nog wordt gebruikt, problemen opleveren bij de verwerking in Inkoop. Als u een leverancier of leverancierslocatie deactiveert in Crediteuren, kunt u in Inkoop niet langer een inkooporder maken met die leverancier of leverancierslocatie.

Bedrijven met grotere, complexere boekhoudingsstructuren kunnen overwegen intercompany-relaties in te stellen in Grootboek. Wanneer ze in Inkoop worden gebruikt, kunnen intercompany-relaties het instellen en boekhouden vereenvoudigen. Een groot bedrijf kan bijvoorbeeld één bedrijf instellen als het centrale inkooporderbedrijf op IO-kopniveau. Vervolgens kunnen afzonderlijke inkooporderbedrijven worden gebruikt op IO-regelniveau. Instellingen op IO-kopniveau en onkosten op het afzonderlijke IO-bedrijfsniveau kunnen worden gestroomlijnd.

Zie de Gebruikershandleiding voor Infor Grootboek voor informatie over het instellen van intercompany-relaties.