Periodieke betalingen maken

Open een leaserecord in het menu .

Klik op Betalingsschema.

Selecteer een betalingsschemarecord.

Klik op het tabblad Details periodieke betaling op Maken.

Geef de volgende gegevens op:

Eerste betalingsnummer: Als uw betaling niet-leasecomponenten bevat, wijst u hetzelfde betalingsnummer toe aan de periodieke betaling en aan de betaling van de niet-leasecomponenten.
Niet-leasecomponent: Als de betalingsregel dient voor een betaling van een niet-leasecomponent, selecteert u een van de niet-leasecomponenten die aan de lease zijn toegewezen op het tabblad Niet-leasecomponent van Lease.
Aantal betalingen: Geef het totaal aantal betalingen op voor deze periodieke betaling.
Frequentie: Selecteer de frequentie van de periodieke betalingen.
Code bevoegde: Selecteer de code bevoegde van de persoon die de leasefactuur moet vrijgeven voor betaling. Als u nu geen code bevoegde toewijst, moet u er een toewijzen in Factuurcorrectie wanneer u de factuur voor de betaling beoordeelt. U kunt de betaling ook ter goedkeuring indienen via Goedkeuringen factuurbetalingen.
Vervaldatum: Selecteer de vervaldatum voor de eerste betaling van de periodieke betaling.
Betalingsbedrag: Geef het bedrag van de leasebetaling op voor elke betaling. Als u geen betalingsbedrag opgeeft, geeft u een vergelijkingsstatement op in het veld Leaseberekening. Als u zowel een betalingsbedrag als een vergelijkingsstatement opgeeft, is de verschuldigde betaling de som van het betalingsbedrag plus het bedrag dat met het vergelijkingsstatement is berekend.
Leaseberekening: Selecteer een vergelijkingsstatement voor het leasecontract op basis waarvan het betalingsbedrag wordt berekend. Als u geen betalingsbedrag opgeeft, is Leaseberekening vereist. Als u zowel een betalingsbedrag als een vergelijkingsstatement opgeeft, is de geplande betaling de som van het betalingsbedrag plus het bedrag dat met het vergelijkingsstatement is berekend.

Klik op Vergelijkingsparameters en geef de volgende gegevens op:

Bedrijf: Selecteer een bedrijfsnummer. Als u Bedrijf selecteert, laat u het veld Bedrijf leeg. Het is niet mogelijk beide te selecteren.
Bedrijvengroep: Selecteer een bedrijvengroep. Als u Bedrijvengroep selecteert, laat u het veld Bedrijf leeg. Het is niet mogelijk beide te selecteren.
Van-rekening en T/m-rekening voor berekening: Geef de informatie op voor een reeks rekeningen waaruit de berekeningsgegevens worden opgehaald.
Begrotingsnummer: Geef een begroting op waaruit de berekeningsgegevens worden opgehaald.
Periode: Geef de huidige boekhoudperiode op.
Jaar: Geef het boekjaar op voor de opgeslagen gegevens in deze record.
Betaling toerekenen: Schakel dit selectievakje in als de betaling is toegerekend.
Tegengeboekt: Schakel dit selectievakje in als de betaling is tegengeboekt.
Basisbedrag berekenen: Geef een betalingsbedrag op dat wordt gebruikt in de berekeningen van het huurpercentage.
Maximumbetaling: Geef een maximaal betalingsbedrag op. Als dit veld is ingevuld, wordt deze waarde gebruikt indien de berekende waarde groter is dan het maximumbedrag.

Uitgebreide vergelijkingsoptie: Selecteer een uitgebreide vergelijkingsoptie die is gekoppeld aan het betalingsschema.

Klik op Belasting en geef de volgende gegevens op:

Belastbaar: Schakel dit selectievakje in als de betaling belastbaar is.
Belastingcode: Selecteer een belastingcode voor deze betaling.
Belastbaar bedrag: Geef het belastbare bedrag op voor de betaling. Als dit bedrag is opgegeven, wordt het vaste betalingsbedrag als standaard gebruikt.
Percentage: Geef optioneel het percentage van het belastbare betalingsbedrag op. U kunt dit veld gebruiken om berekeningsbedragen te belasten die mogelijk pas bekend zijn op het moment dat de factuur wordt gemaakt.
Belastinggebruikscode: Selecteer de belastinggebruikscode voor deze betaling. De waarde van de aan het leasecontract gekoppelde leverancier of leverancierslocatie wordt als standaard gebruikt.

Klik op Opslaan.