Het functionele gebied Verzending in de praktijk

Er zijn twee toepassingsgebieden in het functionele gebied Verzending:

  • Voor zendingen met de status Klaargezet, Afdrukbaar of Verzonden kunt u nieuwe labels printen, gewijzigde labels printen en bestaande labels opnieuw printen.
  • Vrachten waarvoor alle inbegrepen zendingen zijn verzonden, worden ingesteld op de status Verzonden. Voor deze vrachten kunt u een vrachtbrief ('waybill') of EDI-vrachtbrief printen en een ASN publiceren.

Het beginpunt is een zending in het ERP-systeem. Afhankelijk van het verbonden ERP-systeem kan de status voor een zending Klaargezet, Afdrukbaar of Verzonden zijn. De status Klaargezet is een voorlopige status. Voor zendingen met deze status kunt u alleen labels printen en een pro-formavracht aanmaken. Het gebied Verzending kan gedurende meerdere uren of dagen bijgewerkte informatie ontvangen over klaargezette zendingen.

De zendingstatus van een vracht kan worden ingesteld op Afdrukbaar om zendingsdocumenten te kunnen printen voordat de zending is bevestigd. Dit houdt in dat de zendingsdocumenten kunnen worden afgedrukt voordat de verzendingsstatus Verzonden is. Bovendien kunnen zendingsdocumenten opnieuw worden afgedrukt als een van de volgende kenmerken wordt bijgewerkt:

  • Klant
  • Verzenden van
  • Verzenden aan
  • Totaal aantal verpakkingseenheden
  • Totaal gewicht van de zending (Bruto / Netto)
  • Totaal aantal zendingregels
  • Vervoerder (ID / Adres / SCAC)
  • EDI-fabriek / EDI-Verzenden aan
  • Transportmethode
  • Extern nummer leverancier
  • Zendingsdatum
  • Verwachte leverdatum
  • Pro-nummer van vervoerder
  • Kentekennummer
  • Zegelnummer
  • Leveringsvoorwaarden
  • Zendingsregels:
    • Artikelen (klant- en ERP-onderdeelnummers)
    • Verzonden hoeveelheid
    • Niveau technische wijziging
    • Partijnummers
    • Verbruikspunt
    • Opslaglocatie klant
  • Verpakkingseenheden: Onderdeelnummers verpakkingseenheid klant

Wanneer de status van de zending Verzonden is, kan de zending niet meer worden bewerkt in het ERP-systeem. De vaste (niet meer te wijzigen) informatie wordt verzonden naar het gebied Verzending via een Shipment-BOD.

Nadat het logistieke proces in het ERP-systeem is afgerond, wordt er een CarrierRoute-BOD verzonden naar het gebied Verzending door het ERP-systeem. Het gebied Verzending genereert vervolgens een vracht op basis van deze informatie.

Let op: er is een verschil tussen een zending/pro-formavracht en een vracht.

Een pro-formavracht is van tijdelijke aard en wordt aangemaakt met elke inbegrepen zending en verwijderd wanneer de feitelijke vracht beschikbaar is.

Het gebied Verzending maakt alleen een vracht aan als het een CarrierRoute-BOD ontvangt vanuit het verbonden ERP-systeem. Anders wordt er een pro-formavracht aangemaakt voor de inkomende zending.