Gegevens configureren
Als u databases, kubussen en dimensies wilt configureren, configureert u de betreffende widgets op het dashboard Configuratie gegevens.
- Selecteer Dashboards > Self-Service en open het dashboard Configuratie gegevens.
-
Als u een in de widget Configuratie van database vermelde database wilt in- of uitschakelen, schakelt u het betreffende selectievakje in of uit.
NB
Wijzigingen in instellingen die in het dashboard Configuratie gegevens worden uitgevoerd, heffen niet de OLAP-instellingen op die zijn geconfigureerd in de tabel Toegang tot kubus.
-
Ga als volgt te werk om de kubussen in de widget Configuratie kubus te configureren:
-
Selecteer een database in de widget Configuratie database.
In de widget Configuratie kubus verschijnt een lijst van alle kubussen van de database.
- Als u een kubus wilt in- of uitschakelen, schakelt u het selectievakje Ingeschakeld in of uit.
-
Als u voor een kubus de optie Terugschrijven wilt in- of uitschakelen, schakelt u het selectievakje Schrijfbaar in of uit.
De terugschrijffunctie wordt alleen toegepast op die kubussen die als schrijfbaar zijn ingesteld.
-
Selecteer een database in de widget Configuratie database.
-
In de widget Configuratie dimensie kan de beheerder dimensies van de geselecteerde kubus in- of uitschakelen.
Als u de dimensie uitschakelt, wordt het standaardlid in het blauw weergegeven en kunt u voor de verborgen dimensie een nieuw standaardlid selecteren.