Een voortschrijdende prognoseversie maken

U kunt een voortschrijdende prognose aanmaken op basis van een bestaande versie of u kunt onafhankelijk een voortschrijdende prognose maken. Als u een voortschrijdende prognose op een bestaande versie baseert, worden sommige opties overgenomen en kunt u deze niet bewerken.

  1. Klik op het pictogram Startpagina.
  2. Definitie van configuratieset
  3. Selecteer Configuratie bedrijf > Configuratiesetspecifieke instellingen.
  4. Voer een van deze acties uit.
    Optie Omschrijving
    Klik op de budgetversie of voortschrijdende prognose waarop de prognose moet worden gebaseerd en selecteer Nieuwe voortschrijdende prognose. Maakt een voortschrijdende prognose aan die gebaseerd is op de geselecteerde versie.
    Klik op de configuratieset waarin de prognose moet worden aangemaakt en selecteer Nieuwe voortschrijdende prognose. Maakt een onafhankelijke voortschrijdende prognose aan.
  5. Geef de naam op van de versie waarin de gegevens moeten worden opgeslagen.
  6. Activeer de dimensies die u in de prognose wilt opnemen.
    Als de prognose is gebaseerd op een bestaande versie, kunt u dimensies deactiveren die in de bestaande versie actief zijn. U kunt echter geen andere dimensies activeren.
  7. Klik op het tabblad Tijdbereik.
  8. Selecteer het prognoseniveau voor elke periode in de configuratieset.
    Als de prognose onafhankelijk is, kunt u op Nieuwe toevoegen klikken om een niveau toe te voegen voor iedere periode in de configuratieset.
  9. Selecteer de begin- en eindperioden.
    Als de prognose is gebaseerd op een bestaande versie, kunt u alleen de einddatum selecteren.
  10. Selecteer het aantal perioden van werkelijke gegevens die u wilt opnemen in de prognose.
  11. Klik op het tabblad Entiteiten.
  12. Klik voor elke entiteit die in de prognose moet worden opgenomen op Niet ingesteld in de kolom Valuta, selecteer de valuta die u wilt gebruiken en activeer de entiteit.
    Als de prognose is gebaseerd op een bestaande versie, kunt u alleen entiteiten activeren of deactiveren die in de bestaande versie zijn geselecteerd.
  13. Als de configuratieset organisaties bevat, klikt u op het tabblad Organisaties en selecteert u een entiteit.
  14. Activeer voor elke entiteit de organisaties die u in de prognose wilt opnemen.
    NB

    Als de prognose is gebaseerd op een bestaande versie, kunt u organisaties deactiveren maar geen nieuwe activeren. Als u een organisatie deactiveert, kunt u deze niet opnieuw activeren.

  15. Klik op Voltooien.
    De nieuwe dimensie wordt getoond in het linker deelvenster.
  16. Stel de versie Fiscale prognose in op Voltooid. Een versie moet voltooid zijn om voor de planning te kunnen worden gebruikt.
    1. Klik op de versie van de Fiscale prognose en selecteer Details tonen.
    2. Selecteer Configuratie voltooid.