Hyperblocks

Overzicht

Een hyperblock is een object dat wordt gebruikt om lijstelementen in een rapport weer te geven.

Een hyperblock bestaat standaard uit een sleuteluitvoercel en een waardecel. De sleuteluitvoercel bevat de verwijzing naar de lijst waarop het hyperblock is gebaseerd. Bij relationele lijsten is de eerste kolom van de relationele gegevens opgenomen in de sleuteluitvoercel.

De waardecel is leeg en de grootte van de cel kan horizontaal en verticaal worden aangepast door de randen te verslepen. In de waardecel kunt u formules invoeren op basis waarvan gegevens worden geretourneerd.

In tegenstelling tot andere lijstobjecten, zoals keuzelijsten met invoervakken, wordt een hyperblock alleen weergegeven in de ontwerpmodus. In de weergavemodus wordt de waardecel voor elk element in de lijst eenmaal gekopieerd. Elk element wordt weergegeven. Als de waardecel een formule bevat, wordt voor ieder element in de lijst een waarde berekend en weergegeven. Hoewel het hyperblock zelf niet wordt weergegeven in de weergavemodus, kunt u wel een rand toepassen op een hyperblock. In de weergavemodus wordt de rand weergegeven rondom elk element en elke waarde.

Hyperblocks kunnen elkaar overlappen, zodat ze dezelfde waardecel delen. In de weergavemodus vormen de lijsten waarop de hyperblocks zijn gebaseerd de assen van het rapport.

U kunt hyperblocks ook nesten, zodat één hyperblock een of meer andere hyperblocks volledig omsluit.

Meervoudige uitvoercellen

U kunt aanvullende uitvoercellen definiëren die elk hun eigen instellingen hebben. U gebruikt meervoudige uitvoercellen als u meerdere kolommen uit een relationele gegevensbron wilt weergeven zonder dat u afzonderlijke RDB-formules hoeft in te voeren.

Hyperblocks en globale en lokale lijsten

Hyperblocks kunnen lokale of globale lijsten bevatten. Wijzigingen in de definitie van een lokale lijst hebben alleen betrekking op het rapport waarin de lijst wordt gebruikt. Wijzigingen in globale lijsten hebben betrekking op alle rapporten waarin de lijst wordt gebruikt.

De lijsten in de databasestructuur zijn globale lijsten. Als ze naar een werkblad worden gesleept om een hyperblock te maken, worden ze omgezet in lokale lijsten. Om een koppeling te maken tussen een hyperblock en een globale lijst, houdt u <Ctrl> ingedrukt terwijl u sleept.

Als u het dialoogvenster Hyperblock maken gebruikt om een hyperblock te maken, kunt u aangeven of de lijst lokaal of globaal moet zijn.

Dubbele uitvoer van hyperblocks

Een hyperblock geeft lijstelementen weer. In het dialoogvenster Hyperblock opmaken gebruikt u deze opties om op te geven hoe u de elementen wilt weergeven.

  • Unieke naam
  • Bijschrift
  • Kenmerk
  • Door gebruiker gedefinieerd: Opent het dialoogvenster Formule bewerken
  • Reeks speciale indeling: Opent het dialoogvenster Tekenreeks speciale indeling

De unieke naam is de naam van een element die door de ODBO-provider is gemaakt. Dit element is vereist voor formules. Het gebruik van bijschriften is doorgaans echter handiger. Daarom wordt Bijschrift standaard geselecteerd wanneer u een hyperblock maakt.

De opties Unieke naam en Bijschrift kunnen ook worden opgegeven als u gebruikmaakt van tekstopmaak in de sleuteluitvoercel. Klik met de rechtermuisknop op de sleuteluitvoercel en selecteer Cellen opmaken. Standaard is de categorie op het tabblad Getalnotatie Tekst en is "~” als opmaak geselecteerd. Wijzig dit in "@" om de unieke namen weer te geven.

Als een formule een unieke naam retourneert terwijl u een bijschrift wilt weergeven, gebruikt u de tekstopmaak "~" in de cel met de formule.

NB

Als u een stijl maakt en die vervolgens toepast op een hyperblock waarvan de bijschriften worden weergegeven, worden deze vervangen door de unieke namen. Bij het weergeven van bijschriften moet u ervoor zorgen dat "~" de getalnotatie voor de nieuwe stijl is.

De inhoud van het hyperblock opmaken

U kunt de inhoud van de waardecel in het hyperblock op dezelfde manier opmaken als alle overige cellen.

Niveau-specifieke opmaak van de sleuteluitvoercel

U kunt verschillende soorten opmaak toewijzen aan de sleuteluitvoercel en aan meervoudige uitvoercellen. U kunt bijvoorbeeld voor de elementen op verschillende niveaus in een hiërarchie een opmaak definiëren.

Paginering

Hyperblocks bevatten de eigenschappen Paginagrootte en Huidige pagina, die u kunt gebruiken om lange lijsten weer te geven op meerdere pagina's.