Niveauspecifieke gegevensopmaak opgeven in hyperblocks

U kunt de waardecel van een hyperblock opmaken, zodat de gegevensuitvoer wordt opgemaakt op basis van het niveau van de gegevens in de hiërarchie. Gebruik hiervoor de functie GETLEVEL.

Plaats een hyperblock op het spreadsheet, klik met de rechtermuisknop op de waardecel en selecteer Voorwaardelijke opmaak. Selecteer in het gedeelte Voorwaarde Formule is in de lijst. De functie GETLEVEL heeft de volgende syntaxis:

GETLEVEL(reference of the key output cell)=n

waarbij n een van de niveaus van de hiërarchie is.

Voorbeeld

Ga als volgt te werk om de gegevens in een hyperblock op te maken op basis van het niveau van de gegevens in de hiërarchie:

  1. Selecteer in de ontwerpmodus de cellen C6:D6.
  2. Sleep een dimensie of lijst van de databasestructuur naar cel C6.
  3. Er wordt een hyperblock gemaakt in de cellen C6:D6.
  4. Maak een OLAP-formule in cel D6.
  5. Klik met de rechtermuisknop op D6 en selecteer Voorwaardelijke opmaak.
  6. Maak een formulevoorwaarde met de formule GETLEVEL($C$6)=1.
  7. Maak GETLEVEL-voorwaarden voor elk niveau in de hiërarchie (gebruik voor elk niveau het juiste niveaunummer). Pas op elke voorwaarde een andere opmaak toe.
    In de weergavemodus worden de gegevens opgemaakt op basis van het niveau van de gegevens in de hiërarchie.
    NB

    U kunt zowel elementen als gegevens op basis van hun niveau in een hiërarchie opmaken door een opvulstijl op te geven in het dialoogvenster Eigenschappen voor hyperblock-uitvoer.