Het tabblad Schalen

Het tabblad Schalen is een tabblad van het dialoogvenster As opmaken.

Op het tabblad Schalen beschikt u over verschillende mogelijkheden voor de waardeas en de categorieas. In een kolomdiagram, bijvoorbeeld, is de Y-as de waardeas. In een staafdiagram is de X-as de waardeas.

Waardeas

Op het tabblad Schalen voor de waardeas kunt u de volgende opties opgeven:

  • Het type schaal
  • De waarden voor de primaire en secundaire markeringen
  • Het punt waar de waardeas de categorieas snijdt
  • Of de waarden op de as in oplopende of aflopende volgorde moeten worden weergegeven
Het type schaal
Een schaal kan een lineaire schaal, een logaritmische schaal of een schaal met tijdaanduidingen zijn.
Een lineaire schaal toont de werkelijke waarden op de waardeas. Een logaritmische schaal toont de logaritmen van de waarden. Een logaritmische schaal kan worden gebruikt als een diagram sterk uiteenlopende waarde bevat. Met een lineaire schaal wordt op een waardeas van een kolomdiagram met de waarden 10, 20, 300 en 40000 de afstand tussen 0 en 40000 in stappen van 5000 weergegeven. In dat geval zijn de kolommen voor de lage waarden zo klein dat ze niet kunnen worden weergegeven. Als in dit voorbeeld echter een logaritmische schaal wordt gebruikt, wordt op de waardeas 10, 100, 10000 en100000 weergegeven en kunnen alle kolommen worden weergegeven.
In bijvoorbeeld een mijlpaaldiagram wordt gebruik gemaakt van een tijdschaal. Op de waardeas van een mijlpaaldiagram kunnen bijvoorbeeld maanden als primaire eenheid en weeknummers als secundaire eenheid worden weergegeven, of kwartalen als primaire en maanden als secundaire eenheid.
Waarden
Voor elk type schaling worden de waarden die op de assen worden weergegeven automatisch toegewezen. Voor onderstaande parameters kunt u echter een afwijkende waarde opgeven:
  • Minimum: de laagste waarde die op de as wordt weergegeven
  • Maximum: de hoogste waarde die op de as wordt weergegeven
  • Primaire eenheid: de eenheid voor de primaire markeringen
  • Secundaire eenheid: De eenheid voor de secundaire markeringen
In een diagram met bijvoorbeeld waarden tussen 0 en 500 worden de waarden op de waardeas vaak in stappen van 50 weergegeven. Dit zijn de intervallen tussen de primaire markeringen. In dit geval zouden de secundaire markeringen bijvoorbeeld stappen van 10 kunnen aangeven. Voor meer details zou u secundaire markeringen in stappen van 5 of zelfs 1 kunnen gebruiken.
Als u deze waarde wilt wijzigen, schakelt u de optie Automatisch uit en voert u de gewenste waarde in het bijbehorende veld in.
Ook de waarde voor het punt waar de waardeas de categorieas elkaar snijden kunt u wijzigen. In bijvoorbeeld een kolomdiagram met alleen positieve waarden staat de categorieas dwars op de laagste waarde op de waardeas. Maar als u de aandacht op de lagere waarden wilt vestigen, plaatst u de categorieas dwars op een hogere waarde. In dat geval worden de lagere waarden, ondanks het feit dat die positief zijn, onder de categorieas geplaatst en de hogere waarden daarboven.
De categorieas kan dwars op de laagste waarde, de hoogste waarde of een opgegeven waarde op de waardeas worden geplaatst.

Desgewenst kunnen de waarden op de as in omgekeerde volgorde worden weergegeven. Dat betekent dat in een kolomdiagram met positieve waarden de gegevensreeks onder de categorieas wordt weergegeven en niet daarboven.

Als het type schaal Tijd is, zijn de volgende extra opties beschikbaar:

  • U kunt de lijsten gebruiken voor het selecteren van de gewenste tijdeenheid voor de primaire en secundaire eenheid.
  • Voor zowel de primaire als de secundair eenheid kunt u de gewenste notatie opgeven.
  • Als de waardeas de huidige datum bevat, kunt u ervoor kiezen een lijn weer te geven bij de datum.
  • Als de primaire of secundair eenheid dagen zijn, kunt u de zaterdag en de zondag markeren. Selecteer Feestdagen kleuren.
  • U kunt de breedte voor de afzonderlijke dagen opgeven. Als u de ruimte voor de dagen breder maakt, wordt het diagram uitvergroot. Desgewenst kunt u een nieuw beginpunt voor het diagram opgeven. Dat betekent dat de gebieden die geen gegevens bevatten kunnen worden uitgesloten.
  • U kunt de ruimte tussen de as en de diagramgegevens opgeven.

Categorieas

Op het tabblad Schalen vindt u deze twee opties voor de categorie-as:
Categorieas snijdt bij
Net als voor de waarde-as kunt u aangeven op welk punt op de categorie-as de categorie-as en de waarde-as elkaar snijden. De waardeas kan dwars op de laagste waarde, de hoogste waarde of een opgegeven waarde op de categorieas worden geplaatst.
Aantal categorieën tussen markeringslabels
Standaard krijgt elke categorie op de categorieas een label. U kunt aangeven dat slechts een of meer categorieën een label moeten krijgen. Als de categorieën bijvoorbeeld de jaren 2006 t/m 2010 zijn, kunt u aangeven dat alleen 2006, 2008 en 2010 op de as moet worden weergegeven.
Aantal categorieën tussen maatstreepjes
Standaard wordt er links en rechts van elke categorie op de as een maatstreepje weergegeven. Als u dat wilt, kunt u aangeven dat twee of meer categorieën tussen de maatstreepjes worden geplaatst.
Waardeas snijdt tussen categorieën
Standaard snijdt de waardeas de categorieas bij een maatstreepje op de categorieas. Als u dat wilt, kunt u aangeven dat de waarde-as de categorie-as halverwege tussen de maatstreepjes moet snijden. Schakel in dat geval het selectievakje Waarde-as snijdt tussen categorieën in.
Categorieën in omgekeerde volgorde
U kunt desgewenst aangeven dat de categorieën in omgekeerde volgorde worden weergegeven. Dat is dan bijvoorbeeld 2010 t/m 2006 in plaats van 2006 t/m 2010.
Automatisch
Standaard worden alle categorieën op de categorieas weergegeven. Desgewenst kunt u het aantal categorieën dat wordt weergegeven beperken. Daarvoor hebt u twee opties: Als er bijvoorbeeld zes categorieën zijn en u alleen de eerste vier wilt weergeven, schakelt u het selectievakje Automatisch uit en typt u 4 in het veld Aantal zichtbare categorieën.
Als er bijvoorbeeld zes categorieën zijn en u alleen de laatste vier wilt weergeven, schakelt u het selectievakje Automatisch uit en typt u 4 in het veld Aantal zichtbare categorieën. Typ vervolgens 3 in het veld Beginnen bij categorienummer. In dat geval worden alleen de categorieën 3, 4, 5 en 6 weergegeven.
NB

Standaard worden in de weergavemodus alle categorieën uit het diagram weergegeven op de categorieas. Het aantal dat automatisch in het veld Aantal zichtbare categorieën wordt weergegeven, hangt echter af van de voorbeeldgegevens die in de wizard Kaart zijn opgegeven. Standaard worden er drie voorbeeldcategorieën weergegeven. Het aantal in het veld Aantal zichtbare categorieën kan niet hoger zijn dan het aantal voorbeeldcategorieën dat in de wizard Diagram is opgegeven. U kunt het diagram echter wel opnieuw maken en het vereiste aantal categorieën in de stap Gegevensbron van de wizard Kaart opgeven.

Voor diagrammen zonder assen, zoals cirkeldiagrammen, kunt u het aantal categorieën op het tabblad Opties van het dialoogvenster Diagramopties opgeven.