Een applicatie naar productie verplaatsen

Vaak moet u tijdens de levenscyclus van een project inhoud verplaatsen naar productie nadat u klaar bent met het testen in de ontwikkelomgeving. U kunt inhoud verplaatsen tussen verschillende applicaties van dezelfde tenant of van tenant naar tenant.

U kunt een implementatie van Infor d/EPM-bedrijfsapplicaties of een aangepaste applicatie verplaatsen.

Bij het verplaatsen van uw implementatie van Infor d/EPM-bedrijfsapplicaties naar een andere tenant, transporteert u bepaalde inhoud tussen de Infor d/EPM-bedrijfsapplicaties en bepaalde inhoud tussen aangepaste applicaties, die uw aanpassingen en extensies bevatten. Zie het onderwerp 'Aangepaste Infor-applicaties' voor informatie over welke inhoud zich in welke applicatie bevindt.

Het is mogelijk om alleen delen van een applicatie te verplaatsen.

Deze tabel beschrijft de taken, in de volgorde waarin de taak moet zijn voltooid, voor het verplaatsen van een applicatie:


Voltooid		Extra gegevens
❑	Maak de doelapplicatie. Wanneer u de inhoud van een aangepaste applicatie voor het eerst verplaatst, moet u een doelapplicatie aanmaken waarin u inhoud wilt importeren. Selecteer dezelfde capaciteiten als in de bronapplicatie wanneer de applicatie wordt gemaakt.	Dashboard Applicaties Zie Applicaties beheren.
❑	Voeg aangepaste gegevensverbindingen toe die worden gebruikt door Application Engine-processen, Application Studio en relationele modellering. Het is belangrijk om dezelfde unieke namen te gebruiken van gegevensverbindingen als in de bronapplicatie. Aangepaste gegevensverbindingen die door Application Studio-rapporten worden gebruikt, worden ook verplaatst met de export/import van het rapport.	Dashboard Gegevensverbindingen Zie Een gegevensverbinding toevoegen .
❑	Laadquery's, scripts en tabellen van integratie- en faseringsdatabases exporteren en importeren. Deze taak is nodig als u inhoud naar een andere tenant wilt verplaatsen. Als u een kleine gegevensset hebt, kunt u uw gegevens in de bundel opnemen. Als u grote gegevenssets hebt, exporteert u alleen schemadefinities en laadquery's. U moet de gegevens later laden uit de bron.	Dashboard Relationele modellering Zie Een model exporteren en Een model importeren.
❑	Het bedrijfsmodel exporteren en importeren. Dit is alleen geldig voor de Infor d/EPM -bedrijfsapplicaties. Als u een aangepaste applicatie migreert, moet u deze taak overslaan.	Business Modeling Zie Modelbeheer
❑	OLAP-gegevensrollen exporteren en importeren. U moet de OLAP-gegevensrollen in de productieapplicatie importeren voordat u de OLAP-gegevens importeert.	Dashboard Gegevensrollen Zie Gegevensrollen en Gegevensrollen importeren
❑	Applicatierollen exporteren en importeren. U moet de applicatierollen importeren in de productieapplicatie voordat u de OLAP-gegevens importeert.	Dashboard Applicatierollen Zie Applicatierollen exporteren en Applicatierollen importeren.
❑	IFS-rollen Bij het transporteren van een applicatie naar een andere tenant moet u controleren of de doeltenant de benodigde IFS-rollen en -gebruikers heeft. Registreer IFS-gebruikers en -rollen en wijs deze toe aan OLAP-gegevens en -applicatierollen.	Dashboard Gebruikers en gebruikersgroepen Zie IFS-gebruikers en -rollen registreren.
❑	De OLAP-database exporteren en importeren. De OLAP-database bevat kubussen, dimensies, subsets, regels, structuurgegevens en gegevens. Normaal gesproken verplaatst u geen OLAP-gegevens van ontwikkeling naar productie, omdat de gegevens meestal in productie zijn. U moet eventueel OLAP-gegevens van productie naar ontwikkeling verplaatsen om aangepaste rapporten te ontwikkelen met behulp van echte gegevens.	Dashboard Databases Zie OLAP-databases exporteren en importeren.
❑	OLAP-toewijzingen voor uw aangepaste oplossing exporteren en importeren.	Dashboard Overzicht toewijzingen Zie Toewijzingen exporteren en Toewijzingen importeren.
❑	Aangepaste Application Engine-processen exporteren en importeren. Deze processen bevinden zich doorgaans in uw aangepaste applicatie.	Application Engine Process Editor Zie Een procespakket exporteren en Een procespakket importeren.
❑	Aangepaste rapporten exporteren en importeren. Deze rapporten bevinden zich doorgaans in uw aangepaste applicatie.	Application Studio Zie Exporteren, importeren en afdrukken.
❑	Aangepaste dashboards exporteren en importeren. Deze dashboards bevinden zich doorgaans in uw aangepaste applicatie.	Zie Dashboards exporteren en Dashboards importeren.