Rapport Toewijzing - op een driver gebaseerde configuratie

Driverselectie

De eerste stap van een drivertoewijzing is het selecteren van de driver. Voor elk geselecteerd dimensie-element kunt u een of meer drivers toewijzen uit de lijst met gemaakte drivers.

Daarnaast kunt u tijdens het toewijzingsproces ook een nieuwe driver aanmaken als er een vereiste driver ontbreekt. En nadat de nieuwe driver gemaakt is, kan deze aan het geselecteerde dimensie-element worden toegewezen.

Driveroptie selecteren

De tweede stap is het selecteren van de driveroptie die in fte-berekeningen gebruikt wordt. De optie die u selecteert, wordt toegepast op alle geselecteerde drivers.

Met Workforce Planning kunt u gegevens schrijven naar geconsolideerde elementen. U kunt een configuratie op hoog niveau aanmaken voor een geconsolideerd element in plaats van een configuratie voor elk basiselement uit te voeren.

U kunt ook een gedetailleerde configuratie aanmaken voor alle basiselementen en voor het geconsolideerde element. De configuratie op het geconsolideerde element is de configuratie van werknemers die direct aan dat geconsolideerde element zijn toegewezen, zoals directeuren of managers.

U kunt ook driverwaarden voor deze geconsolideerde elementen uploaden. Om de vijf verschillende opties voor driverwaarden beter te beschrijven, wordt er een voorbeeld van het gebruik van een kleine organisatie gegeven. De driverwaarden voor geconsolideerde elementen worden geaggregeerd. Als er driverwaarden direct naar het geconsolideerde element worden geüpload, is de bijbehorende geaggregeerde waarde groter dan de som van de basiselementen. De waarden die direct aan het geconsolideerde element zijn toegewezen, wordt toegewezen waarden genoemd. Deze driverwaarden zijn van toepassing op werknemers die direct aan het geconsolideerde element zijn toegewezen.

U kunt een van de volgende opties selecteren: Detail, Detailelement, Ouder, Geaggregeerde oudergegevens en Totaal.

Driveropties

Als u een of meer drivers aan het rapport Toewijzing toevoegt, moet u voor elke vereiste dimensie een driveroptie selecteren. Deze optie bepaalt welke typen driverwaarden worden gebruikt voor het berekenen van de fte's.

U kunt kiezen uit de volgende opties:

• Detail

  De driverwaarde die direct aan het geselecteerde element is toegewezen wordt gebruikt. Voor een basiselement wordt de driverwaarde voor dat basiselement gebruikt. Voor een geconsolideerd element wordt de toegewezen driverwaarde voor dat geconsolideerde element gebruikt.

  Het grootste voordeel van de optie Detail is dat u één configuratie voor een hele organisatie of de vertakking ervan kunt gebruiken. De configuratie wordt gebruikt voor alle bijbehorende elementen, mits de driverwaarden voor deze elementen geüpload zijn.

  U kunt deze optie voor indirecte arbeid gebruiken wanneer het essentieel is dat alle organisaties dezelfde op drivers gebaseerde configuratie voor hun fte-berekeningen gebruiken. Met de optie Detail kunt u bijvoorbeeld een configuratie aanmaken die als benchmark fungeert.

  De optie Detail kan ook voor directe arbeid worden gebruikt. U kunt deze optie bijvoorbeeld gebruiken als de berekende tijdsinzet voor de geschatte vraag anders is voor verschillende afdelingen van de geselecteerde organisatie. Gebruik de optie Detail om ervoor te zorgen dat berekeningen voor verschillende afdelingen alleen gebruik maken van de toegewezen berekende tijdsinzet voor elke afdeling.

  U kunt de optie Detail gebruiken om een configuratie voor een geconsolideerd element aan te maken en die configuratie te gebruiken om fte's voor de bijbehorende kindelementen te berekenen. U kunt bijvoorbeeld een toewijzingsconfiguratie aanmaken op het niveau Alle organisaties. Als u de optie Detail selecteert, wordt de op drivers gebaseerde configuratie aan alle organisatie-elementen onder het totaalelement doorgegeven. De berekeningen worden gegeven voor alle elementen waarvoor driverwaarden geüpload zijn. In dit voorbeeld worden berekeningen gegeven voor basiselementen, Lijn 501 en Lijn 502, en voor twee geconsolideerde elementen, Alle organisaties en Productie. De berekeningen worden voor deze geconsolideerde elementen gegevens omdat deze de toegewezen waarde 50 hebben, die direct aan deze elementen is toegewezen.

• Detailelement

  De driverwaarde die direct aan het geselecteerde element is toegewezen wordt gebruikt. Voor een basiselement wordt de driverwaarde voor dat basiselement gebruikt. Voor een geconsolideerd element wordt de toegewezen driverwaarde voor dat geconsolideerde element gebruikt. Voor de optie Detailelement wordt de configuratie echter niet doorgegeven of toegepast op elementen onder het configuratieniveau. In plaats daarvan wordt de configuratie alleen op het geselecteerde dimensie-element toegepast.

  Met deze optie kunt u een configuratie aanmaken en fte's berekenen voor overheadarbeid die direct aan het geselecteerde geconsolideerde element toegewezen is. U kunt deze optie bijvoorbeeld gebruiken voor de configuratie van een geconsolideerd element dat voor directeuren of het administratieteam staat.

• Ouder

  De geaggregeerde driverwaarde van het eerste geconsolideerde element dat een driverwaarde bevat wordt gebruikt.

  U kunt bijvoorbeeld de optie Ouder gebruiken wanneer een configuratie wordt uitgevoerd voor een organisatie als Ondersteuning, die IT-tickets vanuit alle afdelingen die deel uitmaken van de ouderorganisatie afhandelt.

  Als een afdeling de kwaliteitsborging regelt voor meerdere afdelingen, gebruikt u op dezelfde manier de optie Ouder voor de overeenkomstige configuratie. Als Lijn 502 bijvoorbeeld kwaliteitsborging voor beide productielijnen levert, kunt u de optie Ouder gebruiken bij het configureren van Lijn 502. Als u het element Lijn 502 configureert en de optie Ouder selecteert, is Productie het eerste geconsolideerde element met een waarde. De overeenkomstige waarde is 350.

  NB

  Als er geen driverwaarden voor het geconsolideerde element zijn, wordt het ouderelement een niveau daarboven gecontroleerd. Als dit element driverwaarden bevat, wordt de waarde van dat geconsolideerde element gebruikt voor fte-berekeningen. Als dat niet het geval is, wordt een geconsolideerd element op een hoger niveau gecontroleerd, totdat er een geconsolideerd element met een waarde wordt gevonden.

• Geaggregeerde oudergegevens

  De geaggregeerde driverwaarde van het eerste geconsolideerde element wordt gebruikt. Als het geconsolideerde element geen driverwaarden bevat, kan er geen fte-berekening voor deze configuratie worden uitgevoerd.

  Als u bijvoorbeeld het element Productie configureert en de optie Geaggregeerde oudergegevens selecteert, wordt Productie het eerste geconsolideerde element met een waarde. De overeenkomstige geaggregeerde waarde is 350.

• Totaal

  Dit is de totale geaggregeerde driverwaarde voor de dimensie. U kunt deze optie selecteren wanneer u de totale waarde, zoals de totale inkomsten voor alle organisaties, wilt gebruiken.

  In dit voorbeeld is de driverwaarde 400. Deze waarde is de som van alle elementen onder het element Alle organisaties en de waarde die direct aan het niveau Alle organisaties is toegewezen.