Kenmerken bewerken

In de ad-hoc-analyse kunt u waarden terugschrijven naar de kubus. U kunt ook de kenmerken van uw gegevens bewerken.

Als u de kenmerken niet in uw gegevenstabel ziet, selecteert u de kenmerken door te klikken in een van de hiërarchieën die de rij- of kolomassen vormen.

Als u kenmerken wilt bewerken, moet u de optie Terugschrijven inschakelen en de optie Kenmerken bewerken selecteren in de kenmerken van de werkbalk Ad-hoc-analyse.

De kenmerken worden gemarkeerd en de kenmerkwaarden worden onderstreept. Dit geeft aan dat u kunt beginnen met het bewerken van de kenmerken. Klik op de kenmerkwaarde en bewerk deze of geef een nieuwe waarde op.

NB

U kunt alleen de kenmerken in rijen bewerken.