Gebruik de actie Parameters instellen om het formaat van een rapportobject te wijzigen

U kunt formules gebruiken om de hoogte van rijen en de breedte van kolommen op te geven. Aan de hand van de actie Rapport herberekenen kunt u gebruikers bijvoorbeeld toestaan om de afmetingen van een diagram te wijzigen.

  1. Voeg een diagram in in een rapport.
  2. Maak een rapportvariabele met de naam rvChartHeight en vul deze met een geheel getal.
    Een waarde van 100=1cm. De standaardhoogte van rijen is 0,476. Als u de standaardhoogte als waarde voor de variabele wilt instellen, geeft u 476 op.
  3. Voer in afzonderlijke cellen de woorden Groter en Kleiner in.
  4. Klik met de rechtermuisknop op Groter en selecteer Actie opgeven.
  5. Selecteer Parameters instellen als actietype.
  6. Selecteer Hyperlink als de modus.
  7. Klik in de sectie Parameters op Parameter toevoegen en selecteer rvChartHeight in de lijst met rapportvariabelen.
  8. Klik op de bladerknop in het veld Waarde om het dialoogvenster Waarde bewerken te openen.
  9. Geef deze waarde op: =VALUE(ReportVariables.rvChartHeight.Text)+100
  10. Kopieer de actie Groter naar de cel Kleiner en wijzig +100 naar -100.
  11. Selecteer de rijkoppen van de rijen die in het diagram worden opgenomen.
  12. Selecteer Opmaak > Rijen.
  13. Schakel het selectievakje Formule in en selecteer de rapportvariabele rvChartHeight in de lijst.
Klik in de weergavemodus op Groter en Kleiner om de grootte van het diagram te wijzigen.