Logistieke informatie opgeven
Logistieke informatie opgeven:
- Vouw de veldgroep Informatie handelspartner uit.
-
Geef de volgende logistieke informatie op:
- Vestigingsextensie
- Geef de vestigingsextensie van de handelspartner op.
- Opslaglocatie klant
- Geef de locatie van de klant op binnen de productievestiging of het magazijn waar de goederen na ontvangst worden opgeslagen. Een locatie geeft een organisatorische eenheid aan die wordt gebruikt om het artikel te kunnen onderscheiden van andere artikelen die deel uitmaken van andere organisatorische eenheden.
- Vrachtexpediteur
- Dit veld toont het bedrijf dat het transport van de goederen uitvoert.
- Extern verzenden aan
- Geef de externe verzenden aan-locatie van de handelspartner op: Het klaarzetgebied waarin goederen worden ontvangen en weggezet. Een externe verzenden aan is een organisatorische eenheid onder een magazijn en een zone voor lossen. Dit kan bijvoorbeeld een dock zijn waar de goederen worden gelost.
- Afleverpunt
- Geef het afzetpunt van de handelspartner op: De afleverlocatie bij een fabricagelijn waar een artikel wordt verbruikt (afleverzone).
- Alternatieve voorraadlocatie
- Geef de alternatieve voorraadlocatie van de handelspartner op.
- Locatie lijntoevoer
- Geef de toevoerlocatie van de assemblagelijn op. De lijntoevoerlocatie is een door de klant gedefinieerde leveringslocatie die wordt overgebracht door vrijgaveorders met het berichtsubtype Op volgorde geplaatst. De lijntoevoerlocatie geeft de plaats op de assemblagelijn aan. Wanneer er sprake is van verschillende assemblagelijnen, zoals in een grote fabriek, geeft de locatie van de lijntoevoer de betreffende assemblagelijn aan.
- Transportroute
- Geef de transportroute van de vrachtexpediteur op.
- Tussenhandelaar
- Geef de naam van een tussenhandelaar op. U kunt de componenten rechtstreeks kopen van fabrikanten of van tussenhandelaren. Als de bestelde hoeveelheid kleiner is dan de minimumhoeveelheid die u bij de fabrikant kunt bestellen, kunt u de componenten kopen bij een tussenhandelaar.
- Verzender
- Geef de korte naam van de verzender op.
- Land
- Geef de identificatiecode van het land van de handelspartner op.
- Logistiek printveld
- Geef het logistieke printveld op. Dit veld geeft een handelspartnerspecifiek aanvullend kenmerk aan.
- Materiaalstroom
- Geef de goederenstroom op. Dit veld geeft een handelspartnerspecifiek aanvullend kenmerk aan.