Zendingen zoeken
Indien gewenst kunt u naar zendingen zoeken die niet of gedeeltelijk verpakt zijn. Als de zoekopdracht gebaseerd is op zendingen, worden zendingsregels weergegeven in de zoekresultaten. Mogelijk ziet u nog steeds verpakte regels als u Openstaand of Niet verpakt selecteert. Een zending houdt de status Openstaand zolang er ten minste één zendingsregel is met de verpakkingsstatus Niet verpakt of Gedeeltelijk verpakt.
Verpakkingen zoeken:
- Selecteer Verzending > Verpakkingen.
- Gebruik de filterfunctie van de sectie Kolomfilterbalk om te zoeken.
-
Geef de volgende informatie op:
- Klant
- Dit veld bevat een willekeurige set tekens die wordt gebruikt als unieke aanduiding van een klant in een financiële entiteit. De klant wordt ingelezen vanuit het ERP-systeem.
- Naam klant
- Dit veld toont de naam van een klant of klantgroep.
- Vracht
- Een vracht is een verzameling zendingen voor één klant. Dit nummer kan worden overgebracht vanuit het ERP-systeem.
In sommige ERP-systemen komt de vracht-ID overeen met de zending-ID.
- Zending
- Met dit nummer wordt de zending aangegeven. Een zending bestaat uit diverse verpakte artikelen die op een verzenden aan-adres van een klant moeten worden afgeleverd.
- Verpakkingsstatus
- Geef de volgende informatie op: Geef een status op om op zendingsniveau naar de status van de verpakking te zoeken:
- Niet verpakt: Niet verpakt.
- Gedeeltelijk verpakt: Gedeeltelijk verpakt
- Verpakt: Volledig verpakt
- Financiële entiteit
-
Voor elke gebruiker moeten een of meerdere financiële entiteiten worden geconfigureerd. Voor een gebruiker dient u een van de financiële entiteiten in te stellen als standaard financiële entiteit.
Elke transactie hoort bij de standaard financiële entiteit voor de gebruiker. De gebruiker kan de standaard financiële entiteit aanpassen via de keuzelijst met invoervak Financiële entiteit.
De gebruiker kan de gegevens van de standaard financiële entiteit en overige toegewezen entiteiten weergeven.
- Nadat u de zoektermen hebt opgegeven, klikt u op de filterknop in het raster.
-
De geselecteerde gegevens worden in de lijst getoond.
- Klant
- Dit veld bevat een willekeurige set tekens die wordt gebruikt als unieke aanduiding van een klant in een financiële entiteit. De klant wordt ingelezen vanuit het ERP-systeem.
- Naam klant
- Dit veld toont de naam van een klant of klantgroep.
- Vracht
- Een vracht is een verzameling zendingen voor één klant. Dit nummer kan worden overgebracht vanuit het ERP-systeem.
In sommige ERP-systemen komt de vracht-ID overeen met de zending-ID.
- Zending
- Met dit nummer wordt de zending aangegeven. Een zending bestaat uit diverse verpakte artikelen die op een verzenden aan-adres van een klant moeten worden afgeleverd.
- Regel
- Dit veld toont het regelnummer van de factuur.
- Artikel
- Dit veld toont het artikelnummer waarmee het artikel wordt gedefinieerd.
- Artikelomschrijving
- Dit veld toont een korte omschrijving van het artikel.
- Artikel klant
- Dit veld toont het artikelnummer van de klant.
- Verpakkingsstatus
- Dit veld toont de status van de verpakking: De statussen Niet verpakt, Gedeeltelijk verpakt of Gedeeltelijk niet verpakt geven aan dat de verpakking handmatig moet gebeuren.
De volgende statussen zijn beschikbaar:
- Niet verpakt: Niet verpakt
- Gedeeltelijk verpakt: Gedeeltelijk verpakt
- Verpakt: Volledig verpakt
- Gedeeltelijk niet verpakt: Gedeeltelijk verpakt in virtuele verpakkingseenheid
- Niet verpakt: Bewust niet verpakt in virtuele verpakkingseenheid
- Hoeveelheid
- Dit veld toont de hoeveelheid van het product die bij de klant is afgeleverd. De waarde van de verzonden hoeveelheid is de hoeveelheid van de verkooporder. Nadat een hoeveelheid is verzonden, kunt u die hoeveelheid factureren.
- Te verpakken hoeveelheid
- Dit veld toont het onderdeel van de verzonden hoeveelheid dat nog niet is verpakt. Dit is de verzonden hoeveelheid min de hoeveelheid die reeds is verpakt.
- Nettogewicht
- Dit veld toont het samengevoegde totaalgewicht van de artikelen in de verpakkingseenheid.
- Financiële entiteit
-
Voor elke gebruiker moeten een of meerdere financiële entiteiten worden geconfigureerd. Voor een gebruiker dient u een van de financiële entiteiten in te stellen als standaard financiële entiteit.
Elke transactie hoort bij de standaard financiële entiteit voor de gebruiker. De gebruiker kan de standaard financiële entiteit aanpassen via de keuzelijst met invoervak Financiële entiteit.
De gebruiker kan de gegevens van de standaard financiële entiteit en overige toegewezen entiteiten weergeven.