Een consolidatieregel voor vereisten aanmaken

  1. Selecteer Vrijgavebeheer > Configuratie > Consolidatieregels voor vereisten.
  2. Klik op Aanmaken om de detailweergave van de pagina Consolidatieregels voor vereisten te openen.
  3. Geef de volgende kopinformatie op:
    Geldig vanaf
    Dit veld geeft de begindatum aan van de geldige periode voor de configuratie.
    Klik tijdens het bewerken op de knop Kalender om de begindatum te selecteren in een kalender.
    Geldig t/m
    Dit veld geeft de einddatum aan van de geldige periode voor de configuratie.
    Klik op de knop Kalender om de einddatum te selecteren in een kalender.
    Berichttype
    Het berichttype is een Verzendschema of een Planningsschema.
    Berichtsubtype
    De volgende opties zijn beschikbaar voor het berichtsubtype:
    • Standaard: Dit is de standaardconfiguratie die wordt gebruikt voor het vervangen of combineren van vereisten in het gecombineerde plan.
    • RAN: Deze configuratie wordt gebruikt voor het vervangen of combineren van vereisten van RAN-berichten van een klant.
    • GPI: Dit berichtsubtype wordt gebruikt voor het berichttype Verzendschema in het Renault-proces GPI. GPI is een geïntegreerd productiecontrolesysteem dat door Renault-assemblagefabrieken wordt gebruikt. In het GPI-proces ontvangen leveranciers vrijgaveorders met een unieke transport-ID op vereisteregelniveau en een verbruikspunt op planniveau. Zendingen worden op transport-ID gegroepeerd.
    • L3P: Dit berichtsubtype wordt gebruikt voor het berichttype Verzendschema in het Renault-proces L3P. In het L3P-proces ontvangen leveranciers vrijgaveorders met een transport-ID, een verbruikspunt en een verdelingszone op vereisteregelniveau. Zendingen worden gestructureerd op basis van verdelingszone, transport-ID en verbruikspunt. Elke vracht heeft een unieke transport-ID. Zendingen worden zo op basis van transport-ID gegroepeerd als een vracht meer dan één zending bevat.
    • CINDI: Dit berichtsubtype wordt gebruikt voor het berichttype Verzendschema in het Renault-proces CINDI. Het CINDI-proces werkt met GPI of L3P. In dit proces ontvangen leveranciers een verzendschema met RAN- of Kanban-nummer. De verwachte aankomstdatum is opgenomen in het bericht naast de velden die bekend zijn uit GPI en L3P. Het RAN- of Kanban-nummer is uniek voor vrijgaveorders op vereisteregelniveau. De transport-ID is uniek per vracht. Er zijn meerdere zendingen per vracht/transport-ID mogelijk. Er zijn meerdere RAN- of Kanban-nummers per zending en per artikel in een zending mogelijk. Het berichtsubtype CINDI wordt ook voor het LISA-proces gebruikt.
    • Ophaalblad: Deze configuratie wordt gebruikt voor het vervangen of combineren van vereisten van Ophaalblad-berichten van een klant.
    • Manifest: Deze configuratie wordt gebruikt voor het vervangen of combineren van vereisten van Manifest-berichten van een klant.
    • Kanban: Deze configuratie wordt gebruikt voor het vervangen of combineren van vereisten van Kanban-berichten van een klant.
    • Op volgorde geplaatst: Dit berichtsubtype wordt geselecteerd voor het berichttype Verzendschema. Het berichtsubtype wordt gebruikt om verzendschema's te verwerken die opeenvolgende informatie vereisen, bijvoorbeeld vrijgaveorders die gelijk lopen aan de productie. Als u het berichtsubtype Op volgorde geplaatst gebruikt, moet Berekeningsbasis in de configuratie van de CUM-correctieregels Verwezen zijn. Het selectievakje 1e referentienummer is sleutel moet zijn ingeschakeld.
    • Op volgorde geplaatst met verzendgelegenheid: Dit berichtsubtype wordt geselecteerd voor het berichttype Verzendschema. Wanneer Vrijgavebeheer een ShipmentSchedule-BOD ontvangt, wordt de pagina Berichtverwerkingsregels gecontroleerd op een afroep op volgorde van het berichtsubtype Op volgorde geplaatst met verzendgelegenheid. Het berichtsubtype wordt ook vanuit de klant verwacht. In dat geval wordt het ShipmentSchedule-BOD met het huidige enkelvoudige plan van het type ShipmentSchedule samengevoegd tot een nieuw enkelvoudig plan. Het nieuwe enkelvoudige plan bevat de op volgorde geplaatste vereisten. Deze functie wordt met name gebruikt door handelspartner A0061 Ford Noord-Amerika.
    • Laadvolgorde: Dit berichtsubtype wordt geselecteerd voor het berichttype Verzendschema en wordt voor Honda gebruikt wanneer informatie over de partijvolgorde wordt verzonden. In dit geval bestaat het referentieveld uit het ordernummer van het schema en de partijvolgorde zodat de vrachtwagen wordt geladen zoals door Honda is verzocht.
    Opmerking
    Hier kunt u een korte omschrijving ter verduidelijking van het doel van de configuratie bekijken of opgeven.
    Klant
    De klant is een willekeurige set tekens die wordt gebruikt als unieke aanduiding van een klant in een financiële entiteit. De klant wordt overgenomen uit het ERP-systeem.
    Klik tijdens het bewerken op de knop Zoeken van het veld. Selecteer de klant in de lijst die wordt weergegeven in het dialoogvenster.
    Naam klant
    Dit veld de naam van de klant die het contract heeft.
    Wanneer u een klant selecteert, wordt de naam van de klant automatisch weergegeven.
    Verzenden aan
    Controleer de verzenden aan-ID van de contractregel of geef deze zo nodig op. Dit veld geeft de locatiecode aan die samen met de verzenden aan-locatie wordt gebruikt om te bepalen waarnaar de goederen worden verzonden.
    Klik tijdens het bewerken op de knop Zoeken van het veld. Selecteer de verzenden aan-locatie van de klant in de lijst die wordt weergegeven in het dialoogvenster. De weergegeven verzenden aan-locaties zijn geldig voor de geselecteerde klant.
    Verzenden aan-naam
    Bekijk de naam van de locatie die samen met de ID van de Verzenden aan-locatie wordt gebruikt om te bepalen waarnaar de goederen worden verzonden.
  4. Vouw de veldgroep Notities uit en voer een tekst met uitleg in over de consolidatieregel voor vereisten.
  5. Geef de berekeningsinstellingen van vereisten op:
    Alle bestaande vereisten verwijderen
    Gebruik deze optie om de bestaande vereisten van het enkelvoudige plan te verwijderen. De selectiecriteria voor de consolidatieregel voor vereisten bepalen welke vereisten moeten worden verwijderd. Bijvoorbeeld de vereisten van een specifiek berichttype en berichtsubtype. De vereisten van de nieuwe vrijgaveorders worden overgebracht naar het geconsolideerde plan. Het geconsolideerde plan vertegenwoordigt de volledige situatie van de vereisten van de klant.
    Bestaande vereisten vóór eerste datum vereiste verwijderen
    Gebruik deze optie om de vereisten te verwijderen die een vereistedatum hebben vóór de eerste vereistedatum in het nieuwe enkelvoudige plan.
    Alle geplande vereisten voorafgaand aan datum eerste vereiste verwijderen

    Gebruik deze optie om de bestaande vereisten van het enkelvoudige plan te verwijderen die zijn gepland vóór de eerste vereistedatum in de nieuwe vrijgaveorder. Deze optie kan niet worden gebruikt als het selectievakje Bestaande vereisten vóór eerste datum vereiste verwijderen is ingeschakeld.

    NB

    De optie heeft bijzondere gevolgen in een RAN-proces (Nissan). Alle geplande vereisten vóór of op de laatste datum van de inkomende vaste vereisten worden verwijderd uit het nieuwe enkelvoudige plan. Als er een nieuwe geplande vereiste binnenkomt, wordt een bestaande geplande vereiste met dezelfde datum verwijderd uit het nieuwe enkelvoudige plan.

    Maandelijkse vereisten vóór eerste datum verwijderen
    De maandelijkse vereisten van het enkelvoudige plan die vóór de eerste vereistedatum van de nieuwe vrijgaveorder vallen, worden verwijderd. Deze optie kan niet worden gebruikt als het selectievakje Bestaande vereisten vóór eerste datum vereiste verwijderen is ingeschakeld.
    Wekelijkse vereisten vóór eerste datum verwijderen
    Gebruik deze optie om de vereisten van het enkelvoudige plan te verwijderen die wekelijks zijn gepland vóór de eerste vereistedatum van de nieuwe vrijgaveorder. Deze optie kan niet worden gebruikt als het selectievakje Bestaande vereisten vóór eerste datum vereiste verwijderen is ingeschakeld.
    Alle vereisten voor berekeningsdatum verwijderen
    Gebruik deze optie om de vereisten van het enkelvoudige plan te verwijderen die zijn gepland vóór de berekeningsdatum van het nieuwe geconsolideerde plan. Deze optie kan niet worden gebruikt als het selectievakje Bestaande vereisten vóór eerste datum vereiste verwijderen is ingeschakeld.
    Bestaande vereisten na laatste datum vereiste verwijderen
    Gebruik deze optie om de vereisten te verwijderen die een vereistedatum hebben na de laatste vereistedatum voor de artikelen in de nieuwe vrijgaveorder.
    Vervang bestaande vereisten buiten het bereik van datumhorizon op nieuwe data vereisten
    Met deze optie worden bestaande vereisten buiten het bereik van de datumhorizon vervangen voor de afzonderlijke vereisten van een nieuw plan. Als er geen bestaande vereisten buiten het bereik van de datumhorizon zijn, voert deze functie een volledige vervanging uit van de vereisten in het bereik van de datumhorizon.
    Filteren op eerste referentienummer
    Een veld dat is toegewezen aan het veld Referentienummer 1, wordt gebruikt als selectiecriterium om vereisten te consolideren en te filteren. Het veld Modeljaar wordt bijvoorbeeld toegewezen aan het veld Referentienummer 1. Alleen vereisten van hetzelfde modeljaar worden dan vergeleken, vervangen en/of samengevoegd (indien nodig). Als u deze optie wilt gebruiken, moet een veldtoewijzing worden gedefinieerd voor het vereiste vrijgaveorderproces op de pagina Veldtoewijzingen. Met deze veldtoewijzing wordt bijvoorbeeld het selectiecriterium modeljaar toegewezen aan het veld Referentienummer 1 op vereisteniveau. De veldtoewijzing moet worden toegewezen aan de handelspartner op de pagina Handelspartnertoewijzingen. Deze optie voor het filteren van vereisten kan ook worden gebruikt voor andere selectiecriteria.
    Vervang aanvragen die een lager transmissienummer met dezelfde datum of hetzelfde referentienummer hebben
    Deze optie bepaalt de volgorde waarin de aanvragen worden verwerkt. Als er aanvragen zijn die een lager Transmissienummer met dezelfde datum of hetzelfde Referentienummer hebben (afhankelijk van het plansubtype), moeten deze aanvragen worden vervangen door de aanvragen met een hoger Transmissienummer.
    Alles wissen wat niet overeenkomt met eerste referentienummer
    Vereisten uit het huidige plan die niet overeenkomen met het veld Referentienummer 1 worden verwijderd. Deze optie kan worden gebruikt om vereisten automatisch te verwijderen als het modeljaar wordt gewijzigd. Er wordt een wijziging van het modeljaar gedetecteerd als het vrijgavenummer dat wordt ontvangen met het volgende planningsschema is verhoogd. Het vrijgavenummer wordt opgeslagen in het veld Extern documentnummer van de veldgroep Vrijgave-informatie.
    • Niet verwijderen: Vereisten met een ouder modeljaar worden niet automatisch verwijderd wanneer een nieuw vrijgavenummer van de klant wordt ontvangen. Vereisten met verschillende modeljaren voor dezelfde vrijgavedatum worden parallel in een plan opgeslagen. De optie Filteren op eerste referentienummer dient ingeschakeld te zijn.
    • Verwijderen volgens extern document-ID: De vereisten die niet overeenkomen met het nieuwe vrijgavenummer worden automatisch verwijderd. De optie Filteren op eerste referentienummer dient ingeschakeld te zijn.
  6. Klik op Opslaan om de consolidatieregel voor vereisten op te slaan.
    Er verschijnt een melding dat de consolidatieregel voor vereisten is opgeslagen.